 |
| Regeringsstrijders in Latakia (Syrisch persbureau Sana) |
De strijd in West-Syrië tussen regeringsgezinde militairen en leden van voormalige troepen van Assads regeringsleger zijn volgen sommige bronnen flink uit de hand gelopen. Volgens de BBC en de Time of Israel zijn er bij diverse slachtpartijen vrijdag en zaterdag 745 doden gevallen. Associated Press gaat zondag nog wat verder en meldt mogelijk ''meer dan 1.000 doden''. Dit zou komen omdat de verliezen aan strijders niet was opgegeven. Er zouden 125 regeringsgetrouwe en 148 pro-Assad strijders zijn gesneuveld. De bron was in beide gevallen 'The Syrian Observatory of Human Rights", een in Londen gevestigde organisatie met over het algemeen betrouwbare contacten in Syrië. Persbureau Reuter's meldde op basis van een ongenoemde regeringsfunctionaris zelfs dat er 200 doden waren aan de kant van de regering. De meeste doden zouden echter burgers zijn.
Feit is dat de regeringstroepen donderdag op volle kracht uitrukten. Eerder hadden een aantal moordpartijen plaats gevonden. De grootschalige operatie kwam als een antwoord aan aanvallen van de vroegere Assad-strijder die zich teweer stelden tegen het oppakken of uitschakelen van voormalige collega's. De regeringstroepen gingen erin met tanks, en drones. Grote delen van het gebied van Baniyas, de thuisbasis van de Alawitische gemeenschap waartoe ook de familie Assad behoort, werden zwaar onder vuur genomen. Steden als Tartus en Latakia met een hele stoet aan omringende dorpen werden door tanks en drones beschoten. Het dorp Qartaja, de thuisbasis van de Assads, werd na 24 uur met tanks en zware machinegeweren te zijn bestookt, zaterdag ingenomen. De Alawieten hadden toen al de nodige kreten om hulp geslaakt. Op sociale media deden ondertussen beelden de ronde van burgerdoden voor hun huizen en zelfs van een executie van drie mannen. Op X kwamen veel foto's voorbij van complete families die zouden zijn uitgeroeid. Ook zouden veel families naar de bergen zijn gevlucht, terwijl er ook een aantal is uitgeweken naar Libanon.
Syrie's interim-president Ahmed al-Sharaa deed vrijdag vanuit een moskee in Damascus een beroep op de alawitische opstandelingen hun ''wapens neer te leggen en zich over te geven voordat het te laat was''. Hij ging niet in op nieuws van bedreven wreedheden. Het nieuws komt op een ongunstig moment, nu de interim-regering bezig is de gunsten te verwerven van het westen en onder meer de verschillende sancties te laten opheffen. Eén van de dingen die daarbij van belang is, is dat de regering minderheidsgroepen heeft toegezegd dat ze op bescherming kunnen rekenen. Maar blijkbaar was de alawitische bevolkingsgroep daar niet al te zeer door overtuigd en heeft zij naar de wapenen gegrepen.
De VN-gezant voor Syrië, Ger Pedersen, riep alle zijden op om zich te onthouden van acties die Syrië zouden kunnen destabiliseren en hij sprak van ''erg verontrustende berichten over civiele doden''. Aron Lund van de think tank Century International noemde het geweld een ''slecht teken'' aangezien de nieuwe regering de middelen en de instrumenten ontbeert om zich met de alawieten te verzoenen. ''Ze beschikken alleen over repressieve krachten en een hoop van huis uit jihadistische krachten die gewend zijn de alawieten te beschouwen als de vijanden van God''.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten