Adei Ad
Het zal door sommigen wel als negatief worden gezien, en als bewijs van de onverbeterlijke weerzin die ik voel tegen Israel, maar ik bespeur bij mezelf ter gelegenheid van het dezer dagen gevierde 65-jarige bestaan van de 'Joodse staat' een neiging om vooral te wijzen op wat Israel in die 65 jaar aan negatiefs heeft aangericht en NIET heeft bereikt. Dat betreft in de eerste plaats het onheil dat Israel heeft afgeroepen over de Palestijnen en het feit dat de gemiddelde Israeli zich daarvan nog steeds in het geheel niet bewust is. Vooral omdat vrijwel niemand van hen wíl weten wat zich heeft afgespeeld en wat er nog steeds in dat opzicht gebeurt, maar ook omdat het officiële
discours van de Israelische staat (maar ook van het overgrote deel van de Westerse wereld) zo afwijkt van de werkelijkheid.
De reden dat ik naar deze negatieve verworvenheid van Israel verwijs, is dat het verwerven van het inzicht naar wat zich heeft afgespeeld en nog steeds afspeelt, naar mijn bescheiden mening een noodzakelijke eerste stap is voor het bereiken van een regeling van het conflict met de Palestijnen. Dat is niet alleen een zaak van simpele rechtvaardigheid tegenover de Palestijnen, maar ook een
sine qua non voor het bereiken van een 'genormaliseerde' status van Israel in het Midden-Oosten. Zonder dat zal Israel nooit overal als een normaal land als alle anderen worden geaccepteerd.
Het is me een beetje vreemd te moede, want het is nog niet eens zo heel lang geleden dat ook ik Israels nationale feestdag met overtuiging vierde, omdat de stichting van de staat toch een soort compensatie was voor de onbeschrijfelijke ellende van 1939-1945. Het was hét tegengewicht voor het verliezen van familieleden en een hele gemeenschap en leefomgeving. En, ja, ook was ik het eens met de woorden van Abel Herzberg, dat elke Jood zonder Israel een ongedekte cheque was. Maar van dat laatste ben ik inmiddels helemaal teruggekomen. Ik neig al een tijdlang naar de opvatting dat Israel meer en meer een blok aan het been dreigt te worden van elke Jood waar ook ter wereld. Om de eenvoudige reden dat de officiële Joodse gemeenschappen zich nagenoeg zonder uitzondering met Israel identificeren en zich daarmee schuldig maken aan hetzelfde ontkenningsgedrag waarin de Israeli's uitmunten. Hele gemeenschappen, maar ook Joden die met die gemeenschappen op één lijn worden gezien, raken daardoor in een de situatie dat zij meer en meer met Israels misdaden worden geassocieerd, en als er niets verandert zal dat in de toekomst alleen maar toenemen. Holocaust-onderwijs, reizen naar Auschwitz en andere anti-antisemitisme middelen die hier nu al met matig succes steeds tegen worden ingezet, zullen dat op de lange duur niet kunnen voorkomen,.
Het onrecht dat de Palestijnen werd aangedaan begint er niet alleen mee mee dat ze werden verjaagd, maar vooral ook met het feit dat Israel zich de Palestijnse bezittingen binnen wat 'de groene lijn' wordt genoemd na 1948 toeëigende en met het uitwissen van de Palestijnse geschiedenis onder meer door systematische destructie van ruim 500 dorpen. Het is van belang ons te realiseren dat Israel bij het uitroepen van de staat slechts 6% van de grond in de nieuwe staat in eigendom had. Het Amerikaanse Counterpunch publiceerde onlangs een verhaal over wat er gebeurde met die andere 94% en hoe de 'Bewaarder van het Bezit van Afwezigen' (Custodian of Absentee Property) te werk ging bij het verIsraeliseren ervan.
(Het stuk staat hier).
Het huidige onrecht speelt zich vooral af rond het bezit van de grond van wat nog resteert van Palestina, te weten vooral de Westoever (samen met Gaza vormt dat 22% van het Palestijnse grondgebied van vóór 1948). De Israelische mensenrechtenorganisatie Yesh Din heeft deze week een
rapport gepubliceerd waarin nog eens heel duidelijk wordt gedemonstreerd hoe ook daar de roof van land in zijn werk gaat. Het nam daarvoor als 'case study' een zogenoemde 'illegale outpost', dat wil zeggen: een nederzetting die ook door Isarel zelf als íllegaal' wordt gezien omdat nooit officieel toestemming voor de bouw ervan is verleend). In het
rapport 'The Road to Dispossession' wordt de outpost Adei Ad (bij Shevut Rachel) opgevoerd om te laten zien hoe de inwoners van de omliggende Palestijnse dorpen - Turmusaya, al-Mughayer, Jalud and Qaryut, hun land kwijtraken aan de 26 gezinnen van deze ene 'outpost', die slechts één van de ruim 100 van dit soort niet door de regering erkende vestigingen is, die ook al zijn ze niet erkend op alle mogelijke manieren (met de aanleg van infrastructuur, wegen etc.) door ministeries en regeringsinstantie worden geholpen.
Dat begint er al mee dat de 'Settlement Division' van de 'World Zionist Organization' (WZO), die geleid wordt vanuit het bureau van de Israelische premier, betrokken is bij het toewijzen van land voor zo'n nederzetting. Daarbij gaat het om land dat deze Settlements Division op zijn beurt weer toegewezen kreeg van de 'Custodian of governement and absent property', die in de bezette gebieden geen enkele wettelijke status kan laten gelden. Ook de Joodse gemeenschappen in het buitenland zijn overigens medeschuldig aan deze praktijk, want de WZO is in wezen vooral een organisatie van Joden in de diaspora. Een van de grootste organisaties binnen de WZO is Arzenu, de organisatie van reform (of liberale) Joden, die met name actie voeren tegen de overheersende rol van de orthodoxie in Israel en die door hun lidmaatschap dus meewerken aan het stichten van nederzettingen in bezet gebied.(N.B. ook in Nederland is Arzenu, hier Arza genoemd, de grootste fractie binnen de Nederlandse afdeling van de WZO).
Kolonisten gooien stenen naar boeren uit het dorp Al-Mughayer. (Oren Ziv/Activestills.org)
.
Adei Ad werd gesticht in 1998. De nederzetting bestaat uit 57 gebouwen, waarvan er 13 zijn neergezet op wat zonder meer privé grond van Palestijnen is. De rest is staatsland, (maar dat is een Israelische terminologie waarover te twisten valt. Heel vaak is wat Israel staatsland noemt, gewoon land dat daarvoor door Palestijnen werd bebouwd of werd gebruikt voor het weiden van het vee, AbuP). Yesh Din meldt dat in de periode dat de nederzetting bestaat, het gebied rond de nederzetting waar Palestijnen geen toegang toe hebben 30-voudig is uitgebreid. Daartoe behoort ook land waarover gerechtelijke uitspraken zijn gedaan
dat het aan Palestijnen toebehoort en dient te worden teruggeven. Dat is niet gebeurd. Ook aan veruit het grootste deel van 81 orders van het leger om gebouwen af te breken werd nooit gevolg gegeven. Maar intussen zijn wel steeds meer gebieden rondom de nederzetting voor Palestijnen ontoegankelijk geworden, ook omdat het leger bij ruzies de gewoonte heeft Palestijnen de toegang tot het gebied te ontzeggen.
En intussen heeft Yesh Din in de periode van 1998 tot 2012 (14 jaar) 96 gevallen gedocumenteerd van misdaden die door de inwoners werden bedreven jegens de dorpelingen van de omringende dorpen Jalud, Qaryut, Turmusaya and al-Mughayer. Daarvan hadden er 21 betrekking op geweldpleging (vuurwapens, afranselingen, stenen gooien, bedreigingen), 47 op wandaden jegens eigendommen (diefstal, brandstichting, diefstal van oogsten, vandalisme, vernieling van oogsten of fruitbomen) en 28 op diefstal van grond (het afzetten van land, onrechtmatig bebouwen met gewassen, het onrechtmatig bouwen van gebouwen of het plaatsen van kassen, caravans, etc., het aanleggen van wegen over privé-land en het zich onrechtmatig ophouden op bezittingen van anderen).
Van deze strafbare feiten werd sinds 2005 in 58 gevallen aangifte gedaan bij de plaatselijke politie (de Israelische Westoever politie die opereert onder de naam Politie van Judea en Samaria). Bij 49 van deze klachten werden de files gesloten. In 92% van de gevallen, omdat de politie faalde bij het uitzoeken van wat er was gebeurd. In 41 gevallen slaagde de politie er niet in schuldigen op te sporen, drie gevallen werden als niet strafbaar aangemerkt (Yesh Din was het daar niet mee eens en ging in beroep).
De politie en het leger die onder het internationaal recht de plicht hebben de Palestijnen tegen aanvallen van de kolonisten te beschermen, falen volledig in die taak, zo is de conclusie. Als met al leidt het bestaan van Adei Ad ertoe dat boeren hun land hebben verloren, dat anderen hun land niet kunnen bewerken (wat op den duur tot verlies van land kan leiden, want Israel merkt land dat een aantal jaren ongebruikt is gebleven aan als 'staatsland'). De dorpen rondom Adei Ad zijn allemaal vrijwel geheel afhankelijk van landbouw voor hun bestaan, maar een aantal boeren heeft dat al moeten opgeven omdat zij te weinig land hebben overgehouden. De anderen melden bijna allemaal grote verliezen in hun inkomen door diefstal, vermindering van hun grondgebied en schade aan eigendommen.
De Amerikanen kwamen er - net als de Australiërs mee weg dat ze de plaats innamen van de 'inboorlingen'.
Maar voor de Fransen bleef een soortgelijk 'succes' in Algerije uiteindelijk uit. Het lijkt niet voorstelbaar dat het de Israeli's in deze tijd nog wel zal gaan lukken in Palestina.