donderdag 20 mei 2010

Het tekortschieten van het Amerikaans Joodse establishment

 In de Amerikaan-Joodse gemeenschap is het nodig te doen over een essay van Peter Beinart (foto), een jonge voormalige medewerker van the New Republic (tegenwoordig van The Daily Beast), onderzoeker vn de New America Foundation en Associate Professor of Journalism and Political Science aan the City of New York University. In het essay in The New York Review of Books  uit Beinart scherpen kritiek op het Amerikaans-Joodse establishment, AIPAC met name en de Conference of Presidents of Major American Jewish Organizations, zeg maar de belangrijkste Joodse lobby-organisaties. Zijn kritiek komt erop neer - kort samengevat in een alinea uit zijn artikel dat ik hieronder citeer - dat Amerikaanse zionisten altijd is gevraagd om hun liberale opvattingen even niet uit te dragen als ze als zionisten actief waren. Met als gevolg dat er een scheiding der geesten heeft plaatsgevonden.
  Beinart:

Among American Jews today, there are a great many Zionists, especially in the Orthodox world, people deeply devoted to the State of Israel. And there are a great many liberals, especially in the secular Jewish world, people deeply devoted to human rights for all people, Palestinians included. But the two groups are increasingly distinct. Particularly in the younger generations, fewer and fewer American Jewish liberals are Zionists; fewer and fewer American Jewish Zionists are liberal. One reason is that the leading institutions of American Jewry have refused to foster—indeed, have actively opposed—a Zionism that challenges Israel’s behavior in the West Bank and Gaza Strip and toward its own Arab citizens. For several decades, the Jewish establishment has asked American Jews to check their liberalism at Zionism’s door, and now, to their horror, they are finding that many young Jews have checked their Zionism instead.

'Enkele tientallen jaren heeft het Joodse establishment van Amerikaanse Joden gevraagd hun liberalisme bij de deur van het zionisme achter te laten en tot hun schrik ontdekken ze dat veel jonge Joden nu in plaats daarvan maar hun zionisme achter zich hebben gelaten,' jawel. Het is vooral in de Amerikaanse context een zeer terechte uitspraak, Amerikaanse Joden stemmen voor 70% op de Democratische Partij, zijn actief in Burgerrechtbewegingen en behoren tot de grootste gevers als het aankomt op het doneren van geld aan goede doelen en politieke campagnes. Dus het feit dat ze voor Israël andere standaarden aanleggen dan passend is voor hun in andere gevallen zo liberale en democratische opvattingen is extra relevant. Zoals het ook relevant is dat Beinart wijst op studies van Steven Cohen van Hebrew Union College samen met Ari Kelman, waaruit blijkt dat jonge Amerikaanse Joden zich helemaal niet meer zo met Israël identificeren. Te veronderstellen dat er een verband is tussen die desinteresse en de richting die Israël op is gegaan is niet te ver gezocht.

Ten overvloede illustreert Beinart de discrepanties:
Israeli governments come and go, but the Netanyahu coalition is the product of frightening, long-term trends in Israeli society: an ultra-Orthodox population that is increasing dramatically, a settler movement that is growing more radical and more entrenched in the Israeli bureaucracy and army, and a Russian immigrant community that is particularly prone to anti-Arab racism. In 2009, a poll by the Israel Democracy Institute found that 53 percent of Jewish Israelis (and 77 percent of recent immigrants from the former USSR) support encouraging Arabs to leave the country. Attitudes are worst among Israel’s young. When Israeli high schools held mock elections last year, Lieberman won. This March, a poll found that 56 percent of Jewish Israeli high school students—and more than 80 percent of religious Jewish high school students—would deny Israeli Arabs the right to be elected to the Knesset. An education ministry official called the survey “a huge warning signal in light of the strengthening trends of extremist views among the youth.”
You might think that such trends, and the sympathy for them expressed by some in Israel’s government, would occasion substantial public concern—even outrage—among the leaders of organized American Jewry. You would be wrong. In Israel itself, voices from the left, and even center, warn in increasingly urgent tones about threats to Israeli democracy. (Former Prime Ministers Ehud Olmert and Ehud Barak have both said that Israel risks becoming an “apartheid state” if it continues to hold the West Bank. This April, when settlers forced a large Israeli bookstore to stop selling a book critical of the occupation, Shulamit Aloni, former head of the dovish Meretz Party, declared that “Israel has not been democratic for some time now.”) But in the United States, groups like AIPAC and the Presidents’ Conference patrol public discourse, scolding people who contradict their vision of Israel as a state in which all leaders cherish democracy and yearn for peace.
En:

Not only does the organized American Jewish community mostly avoid public criticism of the Israeli government, it tries to prevent others from leveling such criticism as well. In recent years, American Jewish organizations have waged a campaign to discredit the world’s most respected international human rights groups. In 2006, Foxman (van de Anti-Defamation League ADL, AP) called an Amnesty International report on Israeli killing of Lebanese civilians “bigoted, biased, and borderline anti-Semitic.” The Conference of Presidents has announced that “biased NGOs include Amnesty International, Human Rights Watch, Christian Aid, [and] Save the Children.” Last summer, an AIPAC spokesman declared that Human Rights Watch “has repeatedly demonstrated its anti-Israel bias.” When the Obama administration awarded the Presidential Medal of Freedom to Mary Robinson, former UN high commissioner for human rights, the ADL and AIPAC both protested, citing the fact that she had presided over the 2001 World Conference Against Racism in Durban, South Africa. (Early drafts of the conference report implicitly accused Israel of racism. Robinson helped expunge that defamatory charge, angering Syria and Iran.)
En zovoorts. Beinart heeft natuurlijk gelijk met deze kritiek, maar niettemin is hij aangevallen zowel van rechts als van links. Rechts lag voor de hand. De tegenwerpingen daar, onder meer van de Jewish Forward, komen erop neer dat hij de foute rol van de Palestijnen buiten beeld laat en dat jonge Joden zich niet van Israël afkeren omdat het niet compatibel is met hun liberale opvattingen, maar omdat ze niet Joods en bewust genoeg zijn opgevoed.
En links? Wel, daar is bijvoorbeeld de kritiek van The Magnes Zionist in wiens opmerkingen ik me andermaal kan vinden. Hij zegt dat Beinart ten onrechte een beeld heeft van een links, liberaal en humanitair zionisme dat nu in de verdrukking is. Jerry Haber (the Magnes Zioinist) stelt daar tegenover dat een echt liberaal zionisme, van Magnes, Buber, Ahrendt en anderen, wel heeft bestaan maar in 1948 is overleden bij de geboorte van de staat. Hij wijst erop dat Beinart denkt dat links in Israël het moeilijk heeft, terwijl de realiteit is dat links meer dan tien jaar geleden al ter ziele is gegaan. Hij haalt naar boven dat Beinart voorbeelden geeft van personen uit het politieke midden die de oude liberale idealen soms levend hielden (opperrechter Aharon Barak, Ehud Barak, Olmert). Terwijl het grootste gevaar juist dreigt van de kant van dit altijd weer chauvinistische, nationalistische midden. En hij zegt tenslotte dat ..
In the next generation, if you are a pro-Israeli who stands for human rights, you will reject the chauvinistic center of Israel and ally with the next generations of Chomskys and Finkelsteins and Judts.  You will see that their anti-Israel sentiments are against that chauvinistic center, not against a more progressive Israel.  Beinart doesn't see this now.
But the next generation will.
 (Voor Beinarts gehele essay klik hier, voor de reactie van de Magnes Zionist, klik hier)


Het enige dat ik daar nog aan toe te voegen heb, is dat de situatie onder Nederlandse Joden eigenlijk nog veel erger is dan onder de Amerikaanse. Amerika heeft dan weliswaar die lobby-organisaties die veel meer tanden (= meer geld en dus macht)  hebben dan ons eigen CIDI, maar er staat tegenover dat er tenminste nog allerlei progressieve uitlaatkleppen zijn, in de vorm van media, zoals The Nation, Counterpunch, Democracy Now, The Jewish Forward en nog veel meer die vaak en graag tegendraadse meningen over Joodse, Israëlische en aanverwante  onderwerpen publiceren (The New York Review is in zekere zin ook een voorbeeld - al zou een stuk als dat van Beinart misschien ook wel in de NRC hebben gekund). Maar wij hier in Nederland moeten het doen met het NIW, een weekblaadje dat de afgelopen tien jaar op ontstellende manier naar rechts en een onbestemd soort Joodse gezelligheid is afgegleden (de enige linkse redactrice, trouwens ook de enige die echt kon schrijven,  is sinds kort ook weg), en binnen Joodse organisaties is geen enkele discussie mogelijk. Wel is er natuurlijk Een Ander Joods Geluid, maar dat heeft door het ontbreken van een soort Joods middenveld en door gebrek aan wezenlijke discussie elders, geen enkele aansluiting met de Joodse gemeenschap als geheel.
Met als gevolg dat ook Nederlands Joodse organisaties met de mond belijden dat ze voor een twee-statenoplossing en tegen de nederzettingen zijn en belang hechten aan de mensenrechten en democratische waarden, terwijl ze in de praktijk geen woord van kritiek willen horen op een regeringspolitiek die sinds de Oslo-akkoorden in ongekend tempo de nederzettingen heeft uitgebreid, onlangs twee zinloze bloedige  oorlogen heeft gevoerd, systematisch zijn eigen Arabische burgers onderdrukt en als democratische rechtsstaat bezig is zichzelf steeds verder uit te hollen. Wat valt er aan te doen? Misschien dat er om te beginnen een platform zou moeten worden geschapen waarop de broodnodige discussie wel kan worden gevoerd. Maar hoe? Ik houd me aanbevolen voor suggesties.      

2 opmerkingen:

Daphne zei

Ha Maarten Jan,
noem me naief, maar ik denk dat het linkse zionisme nog niet helemaal overleden is. Ik ben het met je eens dat er sinds 1948 een weeffout in het linkse zionisme zit, waar Hannah Arendt toen al de vinger op legde. Alles goed en wel: je kunt geen ander volk slachtoffer maken van jouw territoriale ambtities, hoe goed die verder ook bedoeld zijn.

De linkse zionistische beweging heeft het moeilijk, dat wel, maar ik zie enige lichtpunten in het ontstaan, redelijk kort geleden, van iets als J Street. En eerder deze maand J Call, in Brussel. J Street is in onze ogen misschien erg braaf, en men probeert heel erg in taalgebruik nog iedereen te vriend te houden, maar het heeft een grote potentie. En nu komt deze Peter Beinart weer langs, met voor zijn doen harde kritiek op de gevestigde orde.

Hoe dan ook is er nu ruimte voor discussie. Tot voor kort werd het debat over Israel gedomineerd door grote organisaties zoals Aipac, en de zusterorganisaties in andere landen, zoals wij in Nederland het CIDI hebben.
De nieuwe sociale media, twitter en zo, hebben de hegemonie van deze grote clubs doorbroken. Over de hele wereld kan elke linkse Jood veel meer dan vroeger meepraten over exact die onderwerpen die jij aansnijdt in je laatste blog. Ik denk dat de discussie het begin kan inluiden van een verandering in de omgang van joodse gemeenschappen buiten Israel met Israel. Ik zeg bewust kan, omdat er nog veel werk moeten worden verzet. We moeten het eerst nog zien, natuurlijk. In elk geval hebben linkse joden nu meer opties dan slechts zich vol walging afkeren van het huidige Israel.

Dat het debat in Nederland op slot zit, is heel jammer. Ik weet niet of ik het met je eens ben dat dat nu zozeer aan het NIW ligt. Wie een discussie wil starten, kan daar toch vaak wel terecht. Het probleem is eerder dat de discussies meestal wegzakken in wederzijds gescheld, en dan wordt de stekker eruit getrokken.

De nieches zit er gewoon in, in de linkse beweging als geheel in Nederland. Dat heeft denk ik ook met een generatiewisseling te maken, die er nu aan moet komen. Mijn leeftijdgenoten hebben de hele jaren tachtig doorgebracht in zaaltjes, discussierend over en met de PLO, ook in de tijd toen dat nog niet mocht. Inmiddels zijn we al weer twintig jaar verder, is er van alles gelukt en mislukt. Ik ga niet terug naar die zaaltjes, dat voelt als een Sisyfusarbeid, want de situatie van de Palestijnen is sinds de jaren tachtig alleen maar nog ellendiger geworden. Kennelijk hebben wij, mijn generatiegenoten en ik, het verklooit.
Een jongere generatie moet het nu overnemen. Maar misschien is die jongere generatie er niet, misschien omdat zij door hun ouders niet 'zionistisch' genoeg zijn opgevoed en Israel voor hen alleen maar iets afschuwelijks betekent waar zij niets mee te maken willen hebben. Vergeet ook niet dat veel linkse Joden zich niet hebben voortgeplant.

Abu Pessoptimist zei

Het is altijd goed, Daphne, als mensen een beetje positief zijn. Ik zeg: een beetje, want zò positief ben je ook weer niet. Van mij mag je nog wat hoop koesteren omtrent JStreet en JCall, ik voor mij denk dat er pas iets voor die bewegingen gloort als ze mensen als Finkelstein, Pappé, en ook Rashid Khalidi, Ali Abunima en Mustapha Barghouti serieus gaan nemen. Dat is veel gevraagd en zal voorlopig niet gebeuren.

Ik ben het wel met je eens dat wat jij de nieuwe sociale media noemt, de blogosphere enzo, het speelterrein hebben vergroot zodat er meer ruimte voor discussie is. Hier en daar werkt het inderdaad al door - het is ook een vernieuwing die de 'oude' media een beetje zal gaan opjagen, denk ik. Maar voorlopig moeten we het toch nog vooral hebben van die oude media En dan zie ik het - zeker in Nederland - somber in. Je zegt dat het NIW nog wel plaats biedt aan discussies, al verzanden of ontaarden ze meestal. Kan zijn. Maar het punt waar het om draait is dat er geen structurele basis is. Vroeger was die er wel. Je zult je herinneren dat ik jarenlang tot de vaste NIW-columnisten behoorde en deel uitmaakte van een klein groepje (tamelijk) kritische scribenten. Waar zijn ze gebleven? Ik zelf ben al jaren geleden - nog door Tamarah Benima geloof ik - gedropt, maar die anderen zijn er ook niet meer, terwijl wel nog steeds die oude dolgedraaide Mok erin schrijft.
Ik bedoel maar. En dit geldt mutatis mutandis ook voor andere media of omgevingen.
En wat die jongere generatie betreft die het moet overnemen: ik ben vader van twee Haboniemers. Die luisteren - soms - wel zo'n beetje naar de dingen die ik zeg. Maar ze zijn niet van plan hun leuke sociale verkeer daar te laten versjteren door een kritische houding in te nemen in dit tegewnoordig ook alweer behoorlijk rechtse gezelschap (ook Haboniem heeft een ruk naar rechts ondergaan).
Ik denk dat je dit soort gedrag overal zal zien. Of ze willen er helemaal niet meer mee te maken hebben (zoals mijn oudste dochter van 31) of ze reageren zoals die jongere twee. Kortom, ik herhaal mijn vraag: hoe creëren we een platform voor discussie, want met bloggen alleen komen we er voorlopig nog niet.

Israelische actie doodt weer zes mensen in Tulkarem

Qais Nasrallah (Wafa) Een Israelische razzia op Tulkarem en het bijbehorende kamp Nur Shams heeft vrijdag de hele middag geduurd. Er zijn ze...