Israel gaat de weg naar de rechter versperren voor veel vluchtelingen en Palestijnen uit bezet gebied

De Israelische minister van Justitie Jaakov Neeman heeft een nieuwe richtlijn getekend, die eist dat mensen die zich tot een rechter wenden op de ingediende rechterlijke documenten het nummer vermelden va hun identiteitskaart of van hun buitenlandse paspoort. De nieuwe maatregel, die per 1 september ingaat, dreigt het onmogelijk te maken voor veel Palestijnen in de bezette gebieden of voor stateloze vreemdelingen (vluchtelingen) om zaken bij een Israelische civiele rechter aanhangig te maken of zich in tegen hen aangespannen zaken te verdedigen. Een groot aantal vluchtelingen uit Afrika dat Israel via de Sinai is binnengekomen, is niet in het bezit van een paspoort, en hetzelfde geldt voor veel Palestijnen uit de bezette gebieden.

Yaakov Neeman (Haaretz)

De kant Haaretz  heeft Neemans ministerie om opheldering gevraagd. Het ministerie liet daarop weten dat er instructies zijn uitgegaan dat gevallen van mensen zonder paspoort of ID door een griffier of rechter moeten worden afgehandeld. Maar
mensenrechtenactivisten denken daar anders over. Oded Feller, advocaat van ACRI (de Vereniging voor Burgerrechter in Israel), vreest dat de maatregel Palestijnen en statelozen er van zal weerhouden zaken aanhangig te maken, aangezien de administratie van rechtbanken hun papieren zonder de vereiste identificatienummers niet zal accepteren. Feller heeft een brief aan het ministerie geschreven waarin hij betoogt dat het recht op toegang tot een rechter een fundamenteel recht is, dat wordt ondersteund door internationale verdragen over de status van vluchtelingen en statelozen.
Ook de mensenrechteorganisatie Gisha is bezorgd. Gisha zegt dat tienduizenden Palestijnen uit de bezette gebieden geen identiteitskaarten hebben aangezien de registratiecampagne die Israel in 2000 startte, is bevroren, en veel van deze mensen hebben geen buitenlandse paspoorten. Neeman's richtlijn zal hun de weg naar de rechter versperren. Gisha merkt op dat dit volgens de tekst van de richtlijn  voorlopig allee voor civiele zaken zal gelden (waaronder ook de nu al lopende zaken). Maar Gisha zegt extra bezorgd te zijn over berichten dat minister Neeman de richtlijn ook wil uitbreiden naar  de administratieve rechtbanken en de rechtbanken voor arbeidsrecht, als mede voor het hooggerechtshof in zijn functie als hoogste beroepsinstantie.
De richtlijn van Neeman is niet het enige dat de weg naar de rechter voor velen gaat blokkeren.Twee weken geleden meldde Haaretz dat het ministerie van Binnenlandse Zaken een wet op stapel had staan, waarbij het vluchtelingen die het land moeten verlaten moeilijker wordt gemaakt in beroep te gaan tegen gedwongen uitzettingen. Volgens het voorstel zou een vluchtelinge die een deportatie-order van het ministerie aanvecht toch eerst het land moeten verlaten voordat zijn zaak voor de rechter komt. Advocaten die optreden voor de vluchtelingen noemden dit een poging de juridische toetsing van ministeriële beslissingen onmogelijk te maken.