maandag 18 oktober 2010

Waartoe een blog? Wat heb je eraan?

'Un blog, ça sert à quoi?' – Een blog wat heb je daaraan? Vroeg de buurvrouw (en vriendin) in het Franse dorpje waar ik nu ben, bij wie ik een draadje in mijn laptopje mocht steken om verbinding te maken. 'Ach dat weet ik niet,' zei ik om maar iets terug te zeggen. 'Eigenlijk heb je er niets aan, denk ik. Behalve misschien om je ego wat op te poetsen.'
Onzin natuurlijk. Een blog dient niet om je ego wat groter te maken. Een blog is iets waar je mee begint - bijvoorbeeld uit nieuwsgierigheid, of omdat je dagboek-achtige aantekeningen wilt maken, of wijsgerige kanttekeningen bij de werkelijkheid. Maar als er dan mee doorgaat groeit het uit. Er volgt een soort verslaafdheid en het gaat een eigen leven leiden.
Zo ging het althans bij mij. Het was enorme woede over de Gaza-veldtocht van de winter van 2009-2009 die de stoot ertoe gaf en sindsdien is het geruisloos een dagelijkse behoefte geworden. Al een tijdje was ik van plan om eindelijk ook eens een keer op te schrijven wat ik eigenlijk met dat dagelijkse geschrijf beoog. En misschien is het nu tijd om het een keer te doen, nu ik weer eens zonder rechtstreekse verbinding op het Franse platteland zit. Dat breekt het gebruikelijke blog ritme namelijk flink op, omdat ik telkens wat haastig de actualiteit moet afgrazen bij kennissen en vrienden of in een internet-café en dan snel (te snel, kijk maar naar de tikfouten) een stukje moet maken. Dat vraagt erom iets anders te doen dan de gebruikelijke routine.
Gaza 2009

Gaza was dus het begin. En het lag voor de hand dat ik dan ook in bredere zin over Israel en de Palestijnen zou gaan schrijven. Zoals het ook logisch was dat ik de rest van het Midden-Oosten zou 'meepakken'. Het was tenslotte allemaal mijn vak. En ik deed het allemaal vanuit hetzelfde vertrekpunt dat ook bij die Gaza-veldtocht zichtbaar was, namelijk dat wat de officiële pers over het Midden-Oosten schrijft gebonden is aan grenzen en conventies. Israel kan niet erger worden afgevallen dan voor de gemiddelde publieke opinie aanvaardbaar is. En ook redacteuren moeten daar rekening mee houden, op straffe van bombardementen met ingezonden brieven en telefoontjes en conflicten met hoofdredacteuren, chefs en collega's. Wat betekent dat – hoe overduidelijk Israel ook over de schreef gaat, zoals in Gaza – bepaalde dingen niet kunnen worden gezegd en bepaalde vragen niet kunnen worden gesteld. Op een blog kan dat wel, moet het zelfs. Hier kan ik vrijer dan in een krant mogelijk is, schrijven wat ik denk. Dat is bevrijdend en hopelijk draagt het ook wat bij aan de meningsvorming van een paar lezers.
Voor de rest van het Midden-Oosten geldt in grote trekken hetzelfde. Ook daar tellen conventies, algemeen geldende opvattingen, en uit Amerika overgewaaide opinies over wat deugt en niet deugt. mee bij de berichtgeving. Neem Jemen. Het officiële nieuws stelt het voor alsof buitenlandse inmenging en cellen van Al-Qaeda de eenheid van het land bedreigen. De VS en de EU vinden dat de centrale regering daarom steun behoeft om dat gevaar te bezweren. Maar voor mensen met een beetje kennis van Jemen en historisch besef is het duidelijk dat niet Al-Qaeda Jemen bedreigt, maar het onvermogen van de huidige president Ali Abdallah Saleh om de macht te delen en coalities te vormen – met het noorden, het zuiden, met de stammencoalities in het centrale deel van het land of met wie dan ook. Saleh vertegenwoordigt eigenlijk niemand meer behalve het leger – en zelfs daarvan staat nog maar een deel aan zijn kant. .
Een ander voorbeeld is Egypte. Het Westen heeft decennia lang de mythe in stand gehouden dat het regime van Hosni Mubarak het land hervormt en democratiseert. Maar intussen weet iedereen die zich er een beetje in verdiept dat het exacte tegendeel het geval is. Mubarak heeft een goede reputatie in het Westen, omdat hij zich door de Amerikanen duur laat betalen om coûte que coûte de lieve vrede met Israel te bewaren. Maar voor de rest kenmerkt zijn zogenaamd 'gematigde' bewind zich nu al zo'n 30 jaar door totale stilstand en zelfs achteruitgang. Het is in feite een dictatuur die de buitenwereld een mild gezicht laat zien, maar ondertussen de macht, zeggenschap en welvaart doet toekomen aan een kleine elite en daarvan geen millimeter prijsgeeft.
Terug naar Israel. Ook daar is sprake van een discrepantie tussen wat wordt gezegd en geschreven wat er in feite speelt. Dat is trouwens al heel lang het geval, maar de kloof heeft zich verdiept. In de jaren '80 en '90 werd het nog schandalig gevonden als er alweer een nederzetting bij was gekomen. Gedode Palestijnen haalden toen nog de kranten. En de standpunten van de partijen die nu aan de macht zijn werden toen als chauvinistisch en racistisch afgeschilderd en een gevaar voor de vrede. Maar die tijd is een beetje voorbij. We zijn gewend geraakt aan rechtse Israelische premiers en hun retoriek. We zijn niet meer onder de indruk van het feit dat nederzettingen een enigszins werkbaar vredescompromis in de weg zitten. We schrikken er niet van als Israel praat van 'betwiste gebieden' in plaats van bezette gebieden en dode Palestijnen halen lang niet altijd het nieuws. Het ergste van alles is dat de dagelijkse ellende van de bezetting voor de gemiddelde Palestijn zelden goed wordt beschreven. Twintig jaar geleden waren er nog wel verhalen van voortdurende terreur – het deponeren van vuilnis voor voordeuren, het afzagen van bomen, het verwoesten van oogsten en akkers en het afrossen en incidenteel doodschieten van Palestijnen door kolonisten. Maar dat was toen beperkt tot een enkele plaats als Hebron. Nu is dat ongeveer dagelijkse routine op vrijwel de hele Westoever, maar het wordt nog maar zelden beschreven – en zeker niet op een regelmatige manier, van dag tot dag.
In brand gstoken Palestijns land. 

En dat is dus wat mij drijft bij het bloggen. Het feit dat het misdadige, racistische Herrenvolk-gedrag van de kolonisten niet alleen niet bestraft wordt, maar zelfs niet eens meer voluit beschreven. Het feit dat de partijen die nu aan de macht zijn in Israel – en dat zijn intussen de partijen van diezelfde kolonisten., onbegrijpelijk lankmoedig tegemoet worden getreden. Het feit dat dit allemaal – behalve door wat kritische bloggers (waarvan we er in Nederland overigens betreurenswaardig weinig hebben) en wat kritische bladen (waarvan paradoxaal genoeg de meeste in de VS zijn te vinden), niet systematisch aan de kaak wordt gesteld (zelfs ook niet meer altijd door de Israelische pers zelf).
Aan de kaak stellen is niet hetzelfde als paal en perk aan iets stellen. Maar weten wat er aan de hand is, is wel het begin van zo'n proces. En een blog is weliswaar geen krant of de radio, maar bloggers zijn machtiger dan menigeen denkt. Andere bloggers zijn me voorgegaan en hebben laten zien dat consequent volhouden vruchten kan afwerpen.
Ik ben bij dat bloggen overigens strenger in de leer dan sommige andere bloggers die – net als ik -ooit als sympathisanten van Israel begonnen zijn en nu schrijven vanuit een soort teleurgestelde liefde. Ik ben er ook zo één, ooit was ik zelfs een tijdje zionist. Maar ik onderscheid me toch van hen op twee manieren. In de eerste plaats ben ik sceptischer. Sommige bloggers werpen zich op als pleitbezorgers voor demonstraties tegen de Muur in plaatsen op de Westoever als Ní'lin of Bil'in en van demonstraties in Sheikh Jarrah in Jeruzalem, waar Palestijnen uit hun huizen worden gezet om plaats te maken voor kolonisten. Ook ik meld die demonstraties wel als het zo uitkomt, maar niet al te vaak. Ik zie ze namelijk niet als teken van hoop. Ik juich geweldloos Palestijns verzet weliswaar toe, maar verwacht er tegelijkertijd niet veel van zolang Israeli's het niet en masse gaan steunen. En zolang Joodse demonstraties als in Sheikh Jarrah nog vooral lijken te dienen om het tot een zielig hoopje geslonken Israelische vredeskamp het gevoel te geven dat er nog leven zit in het vredeskamp, ben ik niet van plan aan dat wishful thinking mee te doen.
Een tweede manier waarop ik me – misschien – onderscheid, is dat ik al lang niet meer alleen schrijf vanuit de hoop dat het allemaal nog goedkomt met Israel. Ik ben jaren geleden namelijk al – door als verslaggever letterlijk tussen de partijen heen en weer te lopen – ongeveer net zo vertrouwd geraakt met de Palestijnse als met de Israelische kant. Voeg daarbij dat ik ook bevriend was met een enkele Palestijnse leider, en veel anderen goed heb gekend (en nog ken als ze nog leven) en het is misschien begrijpelijk dat ik letterlijk tussen de partijen sta en vind dat een oplossing van het conflict die geen recht doet aan de Palestijnen geen oplossing is.
En misschien nog een laatste opmerking: er zijn in mijn kamp voorstander van de twee-statenoplossing (een Palestijnse staat naast Israel) en voorstanders van de één-staatsoplossing (gelijke rechten voor alle burgers in één staat Israel, waarin ook begrepen de bezette Westoever en Gaza). Ik was lang voorstander van het eerste, maar ben geëvolueerd. Omdat ik geloof dat de nederzettingenpolitiek en de enorme veranderingen die hebben plaatsgevonden in Jeruzalem een werkbare territoriale deling onmogelijk hebben gemaakt. Maar ik ben geen dogmaticus in deze, en  bereid me ervan te laten overtuigen dat een twee-statenoplossing toch nog wel tot de mogelijkheden behoort.

5 opmerkingen:

Heleen Witte zei

Ik ben heel blij met uw blog. Ik lees het haast dagelijks. Het is een van de weinige plekken waar ik goede info vind en ik geniet erg van uw stijl van schrijven. Ga er aub mee door!

Keesjemaduraatje zei

ik ben al twee keer overgelopen. Als jongen tot mijn 13e voor Israel gecollecteerd. Daarna wilde i alleen nog voor gezamelijke projecten collecteren. Daarna met de Palestijnen gesympathiseerd en nu na mijn 50ste weer geheel terug in het zionistische kamp. Dus er is nog redding voor jou mogelijk.

Anoniem zei

Een interessante overpeinzing.
Laat ik allereerst stellen dat uw blog voor mij een relevante aanvulling is op wat ik in Nederlandse "kwaliteitspers" lees. (abonnement op Trouw, veel losse nummers van NRC en Volkskrant). Dus: dank voor uw werk, daarvoor dient o.a. een blog.

Waarom de dagbladen in Nederland zo'n slecht informatieniveau hebben is een heel interessante vraag. In het onderdeel Egypte gaat u daarop in, en ik deel uw omschrijving. Maar ook daarna blijft de vraag: WAAROM? Wat hebben krantenredacties en krantenuitgevers voor aarzelingen om reeel over Egypte te berichten?
Welke redenen hebben zij om dit niet te doen?

Abu Pessoptimist zei

Alles moet snel dezer dagen. vandaar even een korte reactie vanuit Normandië op de drie voorgaande reacties.
Hheleen, ik voel me vereerd. Keesje, ik ben noit echt veranderd, maar wel geëvolueerd,wat iets anders is. Mensen die zoals jij van het ene kamp naar het andere overliepen (en weer terug) noemden we vroeger een windvaan. Maar misschien ben ik dan te hard voor je?
Anoniem (ik houd ervan namen te zien , maar dat terzijde), als we het hebben over de informatie vanuit Egypte. geldt het volgende. De persbureaus zijn vor kranten meestal de voornaamste bron van informatie en zij zijn erg terughoudend vanuit Cairo. Ze moeten wel, want het regime doet heel lastig met vergunningen tegenover critici, zoals ik zelf heb ondervonden. Kranten die verder willen gaan dan wat de persbureaus bieden, moeten dus een correspondent hebben of zelf andere bronnen aanboren. Voor dat laatste is kennis van zaken nodig en vaak is daar gebrek aan. (Maar soms is het ook gewoon een kwestie van te weinig tijd en/of interesse).

Anoniem zei

Ik sluit me volledig bij Heleen Witte aan.

Medi

Een afdeling van de WZO speelt sleutelrol in Israels nederzettingenprogram

Nederzetting Ofra zou eigenlijk afgebroken moeten worden.  Ik vermoed dat de leden van de Zionistische Wereldorganisatie raar zullen opkijke...