vrijdag 30 maart 2012

Land Day: one killed in Gaza, clashes on West Bank, demonstrations in Jordan and Lebanon


Qalandiya. 

Updated . Israeli fire killed one young Palestinian man and injured over 30 others in clashes at two sites in the Gaza Strip, a Palestinian medical official said Friday evening. Adham Abu Salmiya identified the victim as Mahmoud Zaqout, 20. He was shot and killed near the Erez crossing, the official said.
Thirty-one others in the Erez area were injured and taken to Kamal Adwan Hospital. In Khan Younis, six people were hospitalized. Three people were critically injured, Abu Salmiya added.
Medics said the Israeli army used live fire to prevent protesters from approaching frontier barriers in the small coastal territory. Israeli officials said soldiers fired warning shots to deter the protesters.
Hamas forces had set up checkpoints to prevent protesters reaching the border area, but many of the activists bypassed them, an activist who attended protests in Beit Hanoun said. 

 Clashes also erupted on Friday in the north of Jerusalem between IDF soldiers and Palestinian protesters marking Land Day. Israeli forces fired tear gas and rubber bullets at protesters across the occupied West Bank on Friday, as Palestinians  marched toward Jerusalem.
In Bethlehem and Qalandiya, near Ramallah, Palestinian youths threw rocks at Israeli soldiers and military installations connected to checkpoints separating West Bank cities from the holy city Jerusalem.  Some 34 people were arrested, Haaretz reported, 15 of them in Issawiya on suspicion of throwing stones, while the remainder were detained in Jerusalem.
Muhammad Arafa, 20, hit in the face by a teargas grenade

The Palestinian Red Crescent treated 339 protesters on Friday at protests around the West Bank to mark Land Day, a spokesman said.Three people in Bethlehem were critically injured, one of whom was hit in the face by a tear gas canister. A protester in Jerusalem was hit in the jaw by a rubber bullet and in Kafr Qaddum, near Qalqiliya, a protester was hit in the pelvis by a tear gas grenade, Ayyad said.
The largest rally took place in Qalandiya, a checkpoint near Ramallah, where 249 were treated for injuries and 20 hospitalized.
Ayyad said Israeli forces injured nine medics and damaged three ambulances at the protest.
A similar confrontations broke out at a checkpoint in Bethlehem, where Ayyad said medics treated 38 people including 11 who were hospitalized.
In Jerusalem, medics treated 35 people, 19 of whom were transferred to hospital. Four people were hospitalized in Iraq Burin, near Nablus and 13 were injured in Kafr Qaddum at simultaneous protests.
 In anticipation of the unrest, Defense Minister Ehud Barak had ordered all crossing points into the West Bank closed for a 24-hour period, the Israeli military announced, while additional troops were deployed along the borders with Lebanon, Syria and Gaza. Land Day is a day on which is commemorated that on 30 March 1976 six Palestinians in Galilee were killed by Isareli forces during a demonstration against land expropriations.

 In Jordan more than 15,000 people, including opposition Islamists and trade unionists, held a peaceful sit-in near the border with Israel, waving Jordanian and Palestinian flags. The demonstrators carried banners reading: "Freedom for Jerusalem and freedom for Palestine," and "Jerusalem, here we come," as they gathered in Kafrein, some 10 kilometers (six miles) from the border crossing and barely a kilometer and a half (a mile) from the frontier.

Near the Beaufort Castle in Lebanon. 

In Lebanon hundreds arrived Friday at the forer Crusader Beaufort Castle, several kilometers from the Lebanon-Israel border. Authorities were on alert to ensure an incident-free day and prevent a repetition of last May’s clashes between Israeli troops who shot and killed 10 unarmed Palestinians approaching the border to mark Nakba Day.
Security measures included the erection of checkpoints on the main Zahrani-Nabatieh highway and the inner coastal strip leading to south Lebanon. Cars were thoroughly checked and anti-riot troops were seen manning the main street to Arnoun.
Witnesses told The Daily Star that the Lebanese military was also heavily deployed in the border areas of Maroun al-Ras and Bint Jbeil.

Nog eens 10% van de Westoever aangemerkt als gebied voor uitbreiding van de nederzettingen

 De journalist Akiva Eldar van Haaretz meldt dat het militaire bestuur van de Westoever over kaarten beschikt waarop nog eens 10%  van de totale oppervlakte van de bezette Westoever is aangemerkt als gebied dat voor uitbreiding van de nederzettingen kan dienen. De kaarten zijn al van voor de Oslo-akkoorden van 1993, maar worden regelmatig bijgewerkt. Het valt daarbij op dat in sommige gebieden de aangemerkte stukken land samenvallen met het zogenaamde 'Veiligheidshek'' (de Muur), waarvan destijds werd verteld dat het slechts tijdelijk zou zijn en een route volgde die werd bepaald door 'veiligheidsoverwegingen'. Nu wordt duidelijker wat velen al dachten: namelijk dat de Muur was gepland volgens een patroon dat rekening hield met  de aanwezigheid van land dat volgens de planners van het militaire bestuur (dat de Orwelliaanse naam 'Civil Administation' draagt) op termijn bij de nederzettingen zou kunnen worden gevoegd.





Een ander opvallend punt is dat 23 van de zogenoemde 'illegale voorposten' (wilde nederzettingen die niet door Israel zijn erkend en dus ook volgens de Israelische wet 'illegaal' zijn, in tegenstelling tot nederzettingen die Israel wél heeft erkend) zijn gesticht op land dat op de kaarten is aangegeven als beschikbaar land. Het lijkt onwaarschijnlijk dat daarbij toeval in het spel is., Waarschijnlijk hebben de stichters van deze ''illegale'' nederzettingen inzage gehad in de kaarten van de Civil Administration. Dat zou dan weer een bewijs temeer zijn van de samenwerking tussen de 'illegale' kolonisten en de Israelische overheid. (Andere aanwijzingen zijn dat de illegale nederzettingen gewoonlijk beschikken over elektriciteit en stromend water en andere voorzieningen, zoals onderwijs en  vervoersmogelijkheden).  De 'Civil Administration'  is trouwens bezig om een aantal van deze illegale outposts, zoals Shvut Rahel, Rehelim en Hayovel, gelegaliseerd te krijgen.

Haaretz heeft de kaarten in handen gekregen doordat de activist Dror Etkes, tot enkele jaren geleden de man die voor Vrede Nu het nederzettingenprogram in de gaten hield, ze had opgevraagd met een beroep op de Israelische wet op de openbaarheid van bestuur. Op de kaarten zijn 569 stukken land als beschikbaar aangemerkt, met een gezamenlijke oppervlakte van 620.000 dunam, dat is ongeveer 155.000 hectare. Een flink aantal plaatsen heeft op de kaart namen gekregen die niet bestaan, wat lijkt aan te geven dat ze als plekken voor mogelijke nieuwe nederzettingen zijn aangemerkt. Het gaat daarbij om namen als  Shlomzion, op land van het Palestijnse dorp Aqraba, ten oosten van Nablus; Lev Hashomron, op land van Kafr Haja, tussen Nablus en  Qalqilyah; Mevo Adumim, op land van al-Azariya en Abu Dis; en Mitzpeh Zanoah en Mitzpeh Lahav, in de zuidelijke heuvels van Hebron.
Andere plaatsen hebben namen die verwijzen naar al bestaande nederzettingen, maar liggen er soms een stuk vandaan, wat lijkt aan te geven dat ze als mogelijke uitbreidingen van die nederzettingen achter de hand gehouden worden. Daarbij gaat het onder andere om namen als Immanuel Mizrah, Elkana Bet, Beit Aryeh Gimmel en Tekoa Sheet’hei Mir’ey.

 Op de kaarten zijn 81 sites van in totaal 114,000 dunams gemarkeerd in gebied dat  onder de Oslo-akkoorden to 'Area A of B' is gaan behoren (gebied dat geheel of deels onder controle valt van de Palestijnse Autoriteit. Kaarten van deze gebieden zijn sinds de sluiting van de Oslo-akkoorden niet meer bijgewerkt. Dat is echter anders in 'Aarea C',  het gebied dat onder Israelische controle valt en waarin nagenoeg alle nederzettingen liggen. In Area C gaat het om 506.000 dunam en de kaarten in dat gebied zijn de afgelopen tien jaar voortdurend bijgewerkt, wat lijkt aan te geven dat die gebieden worden gezien als gebied waar mogelijk uitbreiding van de nederzettingen kan plaatsvinden.
Haaretz vroeg de Civil Administration om een reactie. Die luidde dat de kaarten niets anders zijn dan een database en niet betekenen dat er plannen bestaan om nederzettingen uit te breiden. Dat vereist ingewikkelde planningprocedures met tal van vergunningen, aldus de Civil Administration.

Hana Shalabi wordt vrijgelaten en naar Gaza gedeporteerd



 De Palestijnse hongerstaakster Hana Shalabi (29) wordt vrijgelaten en voor een periode van drie jaar naar Gaza gedeporteerd. Dat is een donderdag laat op de dag afgesproken na overleg tussen de Israeli's en vertegenwoordigers van Sahalabi. In ruil voor de vrijlating geeft Shalabi na 43 dagen haar hongerstaking op.
De Palestijnse vereniging van gevangenen bevestigde de overeenkomst donderdag in een verklaring waarin Shalabi werd geprezen om de manier waarop ze er de aandacht op had gevestigd op Israels politiek ten opzichte van gevangenen. Qadoura Fares van deze vereniging zei: 'wij wijzen deportatie van de hand, maar het is haar beslissing en het is haar leven'.
Jawad Boulos, Shalabi's advocaat, bevestigde de overeenkomst eveneens. Een Israelische woordvoerder zei alleen maar 'vernomen te hebben dat dat soort onderhandelingen gaande waren'.
De Palestijnse minister van gevangenen, Issa Qaraqe zei dat de Palestijns Autoriteit niet in de onderhandelingen betrokken was geweest. Het was de Israelische geheime dienst die Shalabi onder druk had gezet nu haar gezondheidssituatie zo slechts was en ze verzwakt was, zei hij. De PA stond op het standpunt dat Sahalabi onvoorwaardelijk vrijgelaten had moeten worden, zodat ze weer naar huis kon. 'Deportatie,' zei Qaraqe, 'zien wij als een oorlogsmisdaad.' 
Het is, gezien Shalabi's slechte gezondheidstoestand, niet duidelijk wanneer de deportatie zal plaatsvinden

donderdag 29 maart 2012

Kolonisten in Hebron nemen huis over vlakbij Ibrahimi moskee

Het overgenomen huis dat nu 'Beit haMachpela' Huis van de Machpela (grot) heet. (Ma'an News).

Enkele tientallen kolonisten in Hebron hebben in de nacht van woensdag op donderdag een huis in bezit genomen vlakbij de Ibrahimi moskee, die door de Joden de Grot van Machpela wordt genoemd. Volgens de leider van de groep, Shlomo Levinger, zitten er intussen vijftien families met vrouwen en kinderen in het huis. Volgens Ma'an News namen zij ook huisraad mee.
De kolonisten beweren dat zij het huis legaal hebben gekocht. Maar omdat de Palestijnse Autoriteit lucht van de koop zou hebben gekregen, zouden zij besloten hebben het huis nu 's nachts binnen te dringen voordat de PA bezwaar zou kunnen maken.
 De directeur-generaal van het Rehabilitatie comité voor Hebron, Imad Hamdan zei tegen Palestine News Network PNN dat de claims van de kolonisten vals en illegaal zijn. 'Kolonisten claimen altijd dat ze de eigenaars zijn,' zei hij, 'maar de werkelijke eigenaars hebben geklaagd bij de juridische afdeling van het Rehabilitatie Comité. 'We werken eraan tot de kolonisten uit het huis zijn,' zei hij. 
De politiechef van Hebron, Ramadan Awad, zei dat de kolonisten valse papieren hadden laten zien. De Palestijnse politie had de echte eigenaar ondervraagd om er zeker van te zijn dat het huis niet was verkocht.
De kolonisten, zo meldt Ma'an zouden de naam van de kleinzoon van de eigenaar hebben opgevoerd. Die is identiek aan die van zijn grootvader, de echte eigenaar.
Het Israelische leger zette  onmiddellijk nadat de kolonisten waren binnengedrongen de omgeving af en verklaarde het huis tot 'gesloten militair terrein'. Niemand mocht het huis meer in, et name de Palestijnse eigenaars niet, en de kolonisten mogen voorlopig blijven totdat militaire autoriteiten zich over de echtheid van de transactie hebben uitgesproken. Het leger was overigens slecht te spreken over de timing van de inval, zo vlak voor 'Landdag' als de atmosfeer toch al gespannen is, meldde de site van de rechtse kolonistenzender Arutz. Dezelfde site meldde ook dat rabbijn Dov Lior, de rabbijn van de kolonisten in Hebron en de nederzetting Kiryat Arba, een bezoek aan het huis had gebracht. Hij had de kolonisten gefeliciteerd en verklaard dat de documenten van de koop koop geldig waren. Het ziet er niet goed uit voor de Palestijnse eigenaars.

Wie is geloofwaardiger, Ilan Pappé of de mensen die hem bestrijden

De Nakb

Ilan Pappé, één van de  zogenoemde Israelische 'new historians' is nogal eens het onderwerp van controverse. Een van de redenen daarvoor was zijn boek 'The ethnic cleansing of Palestine'. Dat boek kwam na dat van Benny Morris, 'The Birth of the Palestinian Refugee Problem 1947-1949' dat al flink wat stof deed opwaaien, omdat het concludeerde dat de 700.000 - 800.000 Palestijnen die in de jaren van de Israelische 'Onafhankelijkheidsoorlog' vluchteling werden, niet alleen waren gevlucht voor het oorlogsgeweld - of na een oproep van hun leiders waren weggegaan zoals Israel altijd had beweerd - maar deels ook actief waren verjaagd.
Pappé ging in  The Ethnic Cleansing of Palestine' een flinke stap verder. Hij schreef dat de verdrijving van de Palestijnen de belangrijkste, zoniet enige drijfveer was voor deze Onafhankelijkheidsoorlog. Pappé gaf daarvoor voorbeelden in de vorm van beschrijvingen van wreedheden of verdrijvingen van bevolkingen die soms in het geheel niet van plan waren aan de strijd deel te nemen. Van het boek, dat in 2006 werd gepubliceerd bij One World Press in Oxford, verscheen in datzelfde jaar een voorpublicatie in het Najaarsnummer van 'The Journal of Palestine Studies' (JPS).
Pappé had daarin diverse delen uit het manuscript gecombineerd en samengeschreven tot een artikel. Pappé gaf daarin aan dat de gedachte aan verdrijving van de Arabieren in Palestina al van ouder datum was en daarbij  refereerde hij onder meer aan de discussie in Joodse kringen over het al of niet accepteren van de aanbevelingen van de Peel-commissie uit 1937 voor een deling van Palestina. De Yishuv (zoals de zionistische gemeenschap in Palestina in die jaren werd genoemd) accepteerde die aanbeveling destijds, maar Pappé gaf aan dat dit vooral gebeurde op basis van het idee dat een op die manier tot stand gekomen Joodse ministaat geen einddoel was, maar een 'stepping stone'  op weg naar een groter, geheel Joods, Palestina. Hij citeerde onder meer David ben Gurion, Israels eerste premier, om aan te geven hoe daarover in de Yishuv werd gedacht:
That the top leaders were well aware of the implications of this exclusivity [of a purely Jewish state] was clear in their internal debates, diaries, and private correspondence. Ben-Gurion, for example, wrote in a letter to his son in 1937, “The Arabs will have to go, but one needs an opportune moment for making it happen, such as a war.”
Vijf jaar na de publicatie, in november 2011, kwam de Amerikaanse hardline pro-Israel actiegroep CAMERA (Committee for the Accuracy for Middle East Reporting in America) met een reactie. In een brief aan de JPS wezen ze erop dat Pappé in een voetnoot zei dit citaat van Ben Gurion te hebben ontleend aan het boek van Charles D. Smith’s Palestine and the Arab-Israeli Conflict uit 2004, maar dat het daarin bij controle niet bleek voor te komen. (CAMERA stuurde ook een brief naar de Amerikaanse filmmaker Speakman die een film over christen-zionisten had gemaakt waarin het citaat voorkwam. Speakman verwijderd het citaat).

De redactie van JPS deed naar aanleiding van CAMERA's brief zelf onderzoek. En inderdaad. Het citaat kwam niet in Smiths boek voor. Al zoekend kwam de redactie erachter dat er nog meer mis was: in hun publicatie waren ook nog eens aanhalingstekens verkeerd geplaatst. In de hard cover editie van Pappé's boek staat het als volgt: ''The Arabs will have to go'', but one needs an opportune moment for making it happen, such as a war. Dus alleen de eerste helft van de zin was een citaat, de rest een parafrase van Pappé zelf. Inderdaad een verschil.
Maar de JPS-redactie deed nog iets: zij vroeg het origineel van Ben Gurions brief op, die hoewel al eerder diverse auteurs er naar hebben verwezen - onder wie Benny Morris en de Ben Gurion biografen Shabtai Teveth en Michael Bar Zohar - nog nooit vertaald was.  De JPS-redactie liet het Hebreeuwse origineel vertalen in het Institute of Palestine Studies in Beirut en publiceerde vervolgens de hele brief. Die is buitengewoon helder en geeft een verbluffend duidelijk  beeld van Ben Gurions denkwijze over wat er in de toekomst te gebeuren stond.  Ik geeft hier alleen twee citaten: (de hele brief is hier te vinden,  JPS'  antwoord aan CAMERA staat hier).
 My assumption . . . is that a Jewish state on only part of the land is not the end but the beginning. . . .We will admit into the state all the Jews we can. We firmly believe that we can admit more than two million. We will build a multi-faceted Jewish economy—agricultural, industrial, and maritime. We will organize an advanced defense force—a superior army which I have no doubt will be one of the best armies in the world. At that point I am confident that we would not fail in settling in the remaining parts of the country, through agreement and understanding with our Arab neighbors, or through some other means.

We must expel Arabs and take their place. Up to now, all our aspirations have been based on an assumption—one that has been vindicated throughout our activities in the country—that there is enough room in the land for the Arabs and ourselves. But if we are compelled to use force—not in order to dispossess the Arabs of the Negev or Transjordan, but in order to guarantee our right to settle there—our force will enable us to do so.
 De citaten geven inderdaad volstrekt duidelijk aan hoe Ben Gurion in 1937 dacht. Hij was er toen al van overtuigd dat het nodig was dat de Yishuv, de toekomstige Israeli's , in de door de Commissie Peel aangewezen ministaat zich zo sterk mogelijk moest maken, met een krachtig leger, teneinde de Arabische buren ertoe te kunnen bewegen ermee akkoord te gaan dat de zionisten zich ook in de rest van het land zouden vestigen  - 'via een overeenkomst of op andere manieren' - oftewel goedschiks of kwaadschiks. Ook zei Ben Gurion dat Arabieren verdreven moesten worden en dat Joden hun plaatsen moesten innemen. Hij zei weliswaar nog meer: namelijk dat de zionisten er vooralsnog vanuit gingen dat er genoeg plaats was voor iedereen, maar 'als we gedwongen worden geweld te gebruiken, zal onze kracht het mogelijk maken dat te doen'.  Pappé's weergave van de woorden van Ben Gurion was dus qua strekking zeker niet onjuist. Ben Gurion zei weliswaar niet letterlijk dat de Arabieren maar te vertrekken hadden, maar wat hij uiteindelijk schreef, kwam er wel op neer dat ze zich maar hadden te leggen bij wat de Yishuv van plan was, of anders verdreven zouden worden.
Jammer voor CAMERA. En voor alle rechtse bloggers van 'Elder of Ziyyon' en alle anderen die gretig CAMERA's beschuldigingen overnamen, tot en met het wat knullige IMO-blog in Nederland. Allemaal namen ze gretig CAMERA"s beschuldiging over dat Pappé citaten vervalste. Zo voeren de hasbaristen nu eenmaal hun oorlogje: wie zich vergist, slordig is of een fout maakt is een vervalser - of, als hij/zij niet Joods is - meestal meteen ook een antisemiet. Ditmaal vielen de hasbaristen in hun eigen zwaard, want Pappé mag dan niet de juiste woorden hebben gebruikt, de strekking van wat hij schreef was absoluut juist.
Ilan Pappé

Intussen blijft wel de vraag waarom Pappé, als hij dan toch citeerde, niet gewoon zelf de betreffende brief van Ben Gurion aan zijn zoon Amos heeft opgevraagd uit het Ben Gurion archief dat wordt beheerd door de Ben Gurion Universiteit in Beer Sheva, en zijn eigen vertaling heeft gemaakt. Slordig lijkt me, en om een dergelijk citaat niet volledig te checken. Je kunt er namelijk vanuit gaan dat op zulke dingen wordt gelet, zeker als je Pappé heet. Pappé is van de New Historians (Benny Morris, Avi Shlaim, Tom Segev, hijzelf en een stoet aan andere sociale wetenschappers in Israel) namelijk de meest uitgesproken en meest geëngageerde figuur. Hij neemt standpunten in en hij is  - als een van de weinige Israelische historici - niet bang Palestijnen als bron te gebruiken. Evenmin schuwt hij - in tegenstelling tot bijvoorbeeld  Morris - het gebruik van orale bronnen - iets wat trouwens haast onvermijdelijk is voor iemand die probeert zowel den Israelische als de Palestijnse geschiedschrijving recht te doen. Immers, vrijwel alle geschreven Palestijnse bronnen, in de vorm van archieven van vóór 1948 zijn vernietigd of door Israel verdonkeremaand.
Pappé is door deze opstelling - die maakt dat hij van alle Israelische historici het dichtst staat bij Palestijnse collega's als Walid Khalidi, Nur Masalha of Yousef Massad -  een man wiens reilen en zeilen  onder een vergrootglas wordt gelegd. De 'andere kant', de Israel hardliners,  staan met getrokken messen klaar om hem levend te villen. Dat begon al in november 1999 toen Pappé in een overigens erg lezenswaardig interview met de Belgische krant Le Soir met een ontwapenend soort eerlijkheid uitspraken deed over zijn geëngageerde opstelling als wetenschapper:   
"We are all political", he argues. "There is no historian in the world who is objective. I am not as interested in what happened as in how people see what's happened".
 ''Back to the old historians, I would say they are more suspicious of my ideological trappings than that of Benny Morris, also because I am more relativist. I admit that my ideology influences my historical writings, but so what? I mean it is the case for everybody.''
"Some colleague told me I ruined our cause by admitting my ideological platform. Why? Everbody in Israel and Palestine has an ideological platform. Indeed the struggle is about ideology, not about facts. Who knows what facts are? We try to convince as many people as we can that our interpretation of the facts is the correct one, and we do it because of ideological reasons, not because we are truthseekers.''
Tantura voor 1948
Tegenstanders - de hard core pro-Israel krachten - hebben hier van gemaakt dat Pappé feiten verzint. Men kan soms uitspraken van hem tegenkomen die op die manier verknipt worden weergeven. En dat is erger geworden na zijn bekendste boeken, A History of Modern Palestine, One Land Two Peoples (Cambridge University Press, 2004) en het eerder genoemde The Ethnic Cleansing of Palestine. Ik moet zeggen dat ik een heel eind met hem mee kan komen. Het is in wezen dezelfde discussie als onder journalisten. Iedereen die wil volhouden dat objectieve journalistiek tot de mogelijkheden behoort, houdt zichzelf en de wereld voor de gek. Het is eerlijker en beter om te laten weten vanuit welke achtergrond  nieuws-en andere feiten worden opgediend. En hoewel ik weinig weet van de criteria die historiografen aanleggen, kan ik me niet anders voorstellen dan dat zoiets voor geschiedschrijving eveneens geldt.

Vervolgens kreeg Pappé met een echte affaire te maken. Dat was de zaak van een proefschrift van een student van hem, Teddy Katz, over een slachtpartij die in 1948 plaats zou hebben gevonden bij de verdrijving van de bevolking van Tantura, een dorp ten zuiden van Haifa. Het verhaal was, bij gebrek aan geschreven bronnen, vooral gebaseerd op orale getuigenissen van Palestijnen en leden van de Alexandroni Brigade van de Hagana, de voorloper van het Israelische leger. Katz' proefschrift werd met onderscheiding geaccepteerd. Maar kort voor de promotie zou plaatsvinden in 2000, trokken leden van de Alexandroni-brigade hun getuigenissen in en werd er zelfs een aanklacht tegen Katz ingediend wegens smaad. Katz zwichtte onder de druk en trok een aantal uitspraken uit zijn proefschrift terug. Een commissie van onderzoek van de universiteit van Haifa draaide vervolgens de hele beslissing rond het proefschrift terug en keurde het alsnog af. Pappé hield echter stand. Hij bleef achter zijn promovendus staan en hield staande dat de mondelinge getuigenissen (die overigens al in de jaren '50 opdoken), overtuigend aantoonden dat de slachting inderdaad had plaatsgevonden. In The Ethnic Cleansing of Palestine vertelt hij in zijn eigen woorden Katz' verhaal over Tantura.
Indirect leidde de affaire rond het proefschrift van Katz tot Pappés vertrek in 2007 van de universiteit van Haifa naar die van Exeter in Engeland. Wat de doorslag gaf, was dat zijn gezin herhaalde malen was bedreigd. In een boekje ''Out of the Frame, The Struggle for Academic Freedom in Israel'', (Pluto Press, 2010) doet hij de hele affaire, de bedreigingen, de druk die eerst op Katz en later - ook en vooral door collega's - op hem werd uitgeoefend uit de doeken. Sinds deze gebeurtenissen heeft hij voorgoed in brede kringen de reputatie controversieel te zijn. Zo merkte ik bijvoorbeeld dat iemand als Bart Wallet, een jonge Nederlandse historicus die zich steeds meer tot een soort Israel-specialist ontwikkelt, tijdens een les over de New Historians opmerkte dat Pappé 'gegevens  in een proefschrift heeft vervalst' en  waarschijnlijk 'meer als een activist is te beschouwen dan als een wetenschapper'.
Ik  ben weliswaar geen historicus, maar meen er toch net wel genoeg van te weten om te kunnen zeggen dat deze reputatie van Pappé volstrekt onverdiend is. Hij zonder enige twijfel een belangrijke pionier en meer dan welke andere Israelische historicus in staat om de kloof te dichten die er al tientallen jaren gaapt tussen de Israelische en  Palestijnse geschiedschrijving. Wie wat hij schrijft vergelijkt met wat er aan Palestijnse kant de afgelopen tijd gebeurt, kan tot geen andere conclusie komen. (Ik zal over een tijdje daar nog op terugkomen). Maar jammer dat Pappé zo'n slordigheid begaat als met een niet goed gecheckte uitspraak van Ben Gurion. Hij zou beter moeten weten. Als hij ècht een activist was zou hij zo'n fout niet begaan, want het weerhoudt mensen ervan om in hem te geloven.  

dinsdag 27 maart 2012

Marwan Barghouti roept Palestijnen op de banden met Israel te verbreken en een opstand te beginnen

 Op 25 januari 2012 verscheen Marwan Barghouti in het openbaar toen hij als getuige werd opgeroepen tijdens een rechtszitting in Jeruzalem. (Reuters).

Marwan Barghouti, zonder enige twijfel de populairste leider van de Palestijnse beweging Al-Fatah heeft vanuit zijn cel de Palestijnen opgeroepen alle banden met Israel te verbreken en een nieuwe volksopstand te beginnen. Barghouti riep ook op tot een boycot van Israelische producten en tot een internationale diplomatieke boycot  van Israel.   
 Barghouti deed de oproep in een brief die in Ramallah werd voorgelezen voor een groep van zijn aanhangers. De Fatah-leider (en leider van de Tanzim, een gewapende afdeling van Al-Fatah) zit vijf keer levenslang uit in een Israelische cel. Dit jaar is het tiende jaar van zijn gevangenschap. De boodschap kwam aan de vooravond van de 30-ste maart, Yom al-Ard (Dag van het land), een dag waarop herdacht wordt dat in 1978 zes Palestijnen in Israel werden doodgeschoten tijdens demonstraties tegen landonteigeningen. Er zijn diverse plannen om dit jaar op die dag marsen te houden, onder meer vanuit het buitenland naar de  grenzen van Israel
 In de boodschap zei Bargouti: 'het beginnen van een grootschalige volksopstand dient op dit moment de zaak van ons volk. Stop met het verspreiden van de illusie dat er een mogelijkheid is via onderhandelingen een eind aan de bezetting te maken en een staat te verkrijgen, nadat deze aanpak op miserabele wijze is mislukt.'
'De Palestijnse Autoriteit moet een eind maken aan alle coördinatie met Israel - op economisch en veiligheidsgebied - en werken aan Palestijnse verzoening. Het moet duidelijk zijn dat er geen partner voor de vrede is in Israel als de nederzettingen zijn verdubbeld. Het is het recht van het Palestijnse volk om zich met alle middelen tegen de bezetting te verzetten, en het verzet moet zich vooral richten op de gebieden van 1967.'
Barghouti riep ook op alle Israelische producten te boycotten en steun te geven aan Palestijnse producten. Verder gaf hij commentaar op de pogingen van de Palestijnse Autoriteit om via de Verenigde Naties te proberen een erkenning als staat te krijgen. Als die pogingen vruchteloos bleven, zei hij, 'moet de PA zich richten tot de Algemene Vergadering van de VN en de andere VN-organen'.
Afgezien van een oproep tot een economische boycot riep Barghouti de Palestijnen en alle Arabische landen ook op een  diplomatieke boycot van Israel te beginnen.

Drie Palestijnse broers en een soldaat gewond bij 'routine-activiteit' van het Israelische leger

Israelische 'routine-activiteit' bij nacht (Archieffoto van inval in het dorp Nabi Saleh - Ma'an).

Drie Palestijnen en een Israelische soldaat zijn in de nacht van maandag op dinsdag gewond geraakt tijdens een nachtelijke inval van de Israelische militairen in het dorp Rammun bij Ramallah. De gewonden zijn drie broers, Rashad Theib Shoukha (van in de twintig) en zijn broers Anwar and Akram (van in de dertig). Twee van hen werden ernstig gewond, één werd geraakt in de nek, de ander in de borst, de derde in de dij. De militair liep lichte verwondingen op.
Zoals gebruikelijk lopen de versies over wat er gebeurd is ver uiteen. Volgens Haaretz werd de soldaat tijdens wat de militaire woordvoerder 'routine activiteiten' noemde gestoken met een mes. Hij zou lichte verwondingen hebben opgelopen aan gezicht en rug. de militairen zouden daarna 'uit zelfverdediging' het vuur hebben geopend.
Ma'an News meldt daarentegen dat één van de drie broers naar buiten kwam zonder te weten dat er militairen in het dorp waren en meteen werd neergeschoten. Een andere broer werd beschoten toen hij de deur opende om te kijken wat er met zijn broer gebeurde, en een derde werd neergeschoten toen hij eveneens kwam kijken. De militaire woordvoerster meldde dat de toedracht  nader wordt onderzocht. 
Het Israelische leger noemt dit soort nachtelijke invallen routine-invallen. Dat zijn ze ook. Vrijwel dagelijks worden op deze manier 's nachts arrestaties verricht. Gisteren werden twee man meegenomen in het dorp Husan bij Bethlehem en drie anderen in de regio Hebron.

maandag 26 maart 2012

Israel breekt met VN-Mensenrechtenraad na besluit nederzettingen te gaan onderzoeken

Israel heeft maandag besloten alle contacten te verbreken met de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties en met de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, Navi Pillay, meldt Haaretz. De reden is het besluit van afgelopen week van de Mensenrechtenraad om een internationale commissie in te stellen die de gevolgen moet gaan onderzoeken van Israels nederzettingenbeleid. .
Het Israelische ministerie van Buitenlandse Zaken heeft Israels ambassadeur in Genève instructies gegeven om  alle contacten onmiddellijk te verbreken. Hij mag zelfs geen telefoongesprekken van mevrouw Pillay meer beantwoorden, zo hoorde de krant van een hoge Israelische functionaris. 
Israel zal ook de onderzoekscommissie van de Mensenrechtenraad de toegang tot Israel en de Westoever ontzeggen om te verhinderen dat daar onderzoek wordt gedaan naar de bouw in de nederzettingen.
De hoge functionaris zei dat 'het secretariaat van de Mensenrechtenraad en Navi Pillay deze gang van zaken veroorzaakt hebben door een internationale onderzoekscommissie in te stellen voor de nederzettingen. We zullen dus niet meer met ze samenwerken en ook niet meer voor de Raad verschijnen'.
The Jerusalem Post meldt dat er nog niet is besloten welke maatregelen. genomen zullen worden tegen de Palestijnse Autoriteit die gezien wordt als de drijvende kracht achter het besluit van de Mensenrechtenraad. Onderminister van Buitenlandse Zaken Danny Ayalon zei daarover zondag dat de Palestijnen duidelijk uit waren op een 'Goldstone2', een verwijzing naar het rapport van een commissie onder rechter Richard Goldstone over de Cast Lead invasie in Gaza, dat uiteindelijk (met medewerking van de PA) onder tafel is gewerkt. Toen de PA werd toegelaten tot UNESCO was dat voor Israel reden een tijdje de afdracht van accijnzen en belastingen die het land voor de PA int, tegen te houden. The Jerusalem Post citeerde een hoge functionarissen zie dat er 'ook andere manieren zijn om de  Palestijnen te straffen'. Hij legde dat niet verder uit. Duidelijk is dat Israel vindt dat de PA zich moet gedragen als een gehoorzame ondergeschikte van de Israelische regering. 

Typisch de Volkskrant: discussiëren over Rosenthal zonder de feiten te kennen

 Geen sterke discussie vandaag in de Volkskrant tussen Thomas von der Dunk en Bert Brussen over minister van Buitenlandse Zaken Uri Rosenthal. Von der der Dunk noemde hem in een eerdere discussie incompetent, Brussen vond hem een minister met ballen.   In de discussie van vandaag ging het over de vraag of Rosenthal met zijn uitgesproken pro-Israel beleid Nederland in een isolement brengt. 
Von der Dunk:
  Rosenthal heeft recentelijk zijn veto uitgesproken over een Europese verklaring waarin het toenemende geweld van Israëlische kolonisten tegen Palestijnen wordt gehekeld. Voor alle duidelijkheid: het gaat hier om landrovers die, met stilzwijgende steun van de huidige ultrarechtse Israëlische regering, in strijd met elk internationaal recht erop uit zijn om de westelijke Jordaanoever geleidelijk van de autochtone niet-Joodse bevolking te zuiveren door hen het leven onmogelijk te maken.
Het is een typisch staaltje discussie zoals het niet moet en wel voortdurend in Nederland wordt gevoerd over Israel en de Palestijnen. Iedereen heeft een mening, bijna niemand vindt het nodig de feiten te kennen. Von der Dunk voert aan dat deze minister Nederland in een isolement brengt. Dat is juist, maar de feiten zijn dat Rosenthal niet alleen één verklaring over het toenemende geweld van kolonisten heeft tegengehouden, maar dat hij intussen in EU-verband niet minder dan drie keer dwars heeft gelegen. Rosenthal heeft zich laten kennen als een minister die zich pro-Israel opstelt op een manier zoals we dat in Nederland nog nooit eerder hebben meegemaakt. Dat is vooral opvallend omdat deze regering in Jeruzalem een beleid voert dat - zelfs volgens ongeveer al haar Westerse bondgenoten - in hoog tempo bezig is een twee-statenoplossing voorgoed onmogelijk te maken. Die bondgenoten geven daarover signalen af en Rosenthal heeft die signalen tot nu toe twee keer tegengehouden, en in één geval niet mede-ondertekend. In september 2011 hield hij in de VN-Mensenrechtenraad op het laatste moment een gezamenlijke verklaring over het geweld in de bezette gebieden van de EU-ministers tegen. In januari 2012 wist hij met behulp van Tsjechië en Italië een gezamenlijke EU-verklaring zodanig te veranderen dat er geen verwijzingen in stonden naar (bijvoorbeeld) het hoge tempo waarin de Israelische regering in de zogenoemde Area C van de bezette gebieden (de 60% van de gebieden waarin de nederzettingen liggen) huizen sloopt en mensen verjaagt.  (Let wel: dat slopen en verjagen gebeurt niet met medeweten van de Israelische regering zoals Von der Dunk schrijft, maar door de Israelische regering). En tenslotte maakte Rosenthal half maart van dit jaar ook nog eens  een voorbehoud bij een rapport van de EU-vertegenwoordigers in de bezette gebieden (waaronder de Nederlandse vertegenwoordiger) waarin eveneens bezorgdheid over de ontwikkelingen in de bezette gebieden (en Jeruzalem) werd uitgesproken. 
NRC-Handelsblad wist te melden dat dit gedrag behoorlijk wat irritatie bij zijn EU-collega's heeft gewekt. En dan hebben we het nog niet gehad over het feit dat Rosenthal ook nog over een subsidie van de Nederlandse hulporganisatie ICCO voor de internet-krant Electronic Intifada was gevallen (waarbij hij  alleen de mening volgde van een ultra-rechtse Israelische NGO en geen wederhoor toepaste) en dat hij tijdens in de debat in april 2011 over de Free Gaza Flotilla de blokkade van Gaza 'legaal' noemde, terwijl dat door een meerderheid van internationale juristen wordt betwist. Kortom: het is allemaal nog erger dan Thomas von der Dunk schrijft.

En wat schreef Bert Brussen in antwoord op Von der Dunk:
Verder spreekt Thomas over het 'zuiveren van de westelijke Jordaanoever'. Het is nogal absurd om over 'zuiveren' te spreken met 'stilzwijgende steun van de Israëlische regering' terwijl diezelfde regering regelmatig gebiedsverboden voor de Westelijke Jordaanoever aan extremistische joden uitvaardigt. Het woord 'zuiveren' in verband brengen met de buitenlandpolitiek van Uri Rosenthal is verwerpelijk en ranzig. Rosenthal heeft onlangs nog een goederenscanner geleverd aan Israël. Deze scanner is bedoeld om de Palestijnse handel te stimuleren en werd geleverd na een verzoek van de Palestijnse autoriteiten. Toch een aardige geste voor iemand die Palestijnen wil zuiveren.
Nou ja, dat EU-rapport ging dus precies daarover: dat zuiveren van de westelijke Jordaanoever - door de Israelische regering zelf. En wat die gebiedsverboden betreft voor extremistische Joden, ach, er is voor zover ik weet wel eens een tijdelijk verbod voor één of twee mensen uitgevaardigd na het in brand steken van moskeeën op de Westoever. Het woord zuiveren in verband brengen met de buitenlandpolitiek van Rosenthal is dus niet 'ranzig', maar feitelijk volkomen juist: Rosenthal weigert die zuiveringen te veroordelen. De scanner is een verhaal apart. Die wordt namelijk vooral ingezet om de export vanuit de Palestijnse gebieden te versnellen. Ik wacht nog steeds op de uitleg van iemand die me kan vertellen welk veiligheidsbelang ermee wordt gediend als de export van aardbeien en anjers door zo'n duur apparaat wordt gescand.
Ach Brussen. Bij de Volkskrant van tegenwoordig komt hij er wel mee weg. Daar lopen wel meer types rond die vinden dat kennis van zaken niet nodig is om te weten dat Rosenthal 'ballen heeft' door niet mee te doen met het 'bashen van Israel'.

zondag 25 maart 2012

Militaire rechter wijst beroep hongerstaakster Hana Shalabi af

 (Ma'an News)

De militaire rechtbank in Ofer heeft zondag een beroep van Hana Shalabi tegen haar administratieve detentie verworpen, zo heeft Jawad Bulus, een advocaat van de Vereniging van Gevangenen meegedeeld.
Bulus zei dat de secretaris van de rechtbank hem had verteld dat de rechter het beroep zonder proces van de hand had gewezen. Hij oordeelde dat er redenen waren om haar vast te houden, omdat ze een veiligheidsrisico inhield.
Bulus noemde de beslissing unfair en repressief en zei dat hij een verzoekschrift ertegen zal indienen. Voorzitter Qadura Fares zei dat de beslissing hem niet verraste, aangezien beslissingen van de militaire rechtbank nooit recht doen aan Palestijnen.
Shalabi begint morgen aan de 40ste dag van haar hongerstaking. Haar gezondheidssituatie is al enige dagen kritiek.
Ma'an citeert de onderzoeker Bill van Esveld van Human Rights Watch, die zei dat Israel Shalabi's grondrechten schendt. 'Nadat Israel Shalabi al eerder meer dan twee jaar zonder vorm van proces heeft vastgehouden, schendt het opnieuw haar rechten. Als Israel geen bewijs heeft om haar ergens van in staat van beschuldiging te stellen, zoals blijkbaar het geval is, moet het haar onmiddellijk in vrijheid stellen.'

Israelisch hooggerechtshof verwerpt 'compromis' over illegale outpost Migron

De 'illegale outpost' Migron. (Foto Peace Now, april 2011).
  
Het Israelische hooggerechtshof heeft zondag een afspraak tussen de staat en inwoners van de 'illegale outpost' Migron op de Westoever van de hand gewezen. De afspraak hield in dat een eerdere uitspraak van het hooggerechtshof van een jaar geleden, waarbij werd bepaald dat de nederzetting moet worden afgebroken, voorlopig  niet zou hoeven worden uitgevoerd. Dat moet nu alsnog wèl: Migron moet nu vóór 1 augustus zijn ontruimd.
Het hof had in die eerdere uitspraak bepaald dat Migron, een voorpost van de nederzetting Shiloh, nog voor het eind van deze maand, maart 2012, zou moeten worden afgebroken, omdat de voorpost was gebouwd op privé-grond van inwoners van onder meer het Palestijnse dorp Burqah, iets wat de eigenaars hadden kunnen aantonen met papieren die - niet zoals vaak gebeurt door de Israelische autoriteiten als 'vals' van de hand waren gewezen - maar voor de verandering als echt waren erkend. Tegen die eerdere uitspraak van het hooggerechtshof was bezwaar gerezen van onder meer rechtse parlementariërs. Daarop had de staat met de inwoners van Migron afgesproken dat de 50 families die er intussen wonen (het is de grootste van de illegale outposts op de Westoever) de komende drie jaar zouden kunnen blijven waar ze waren, in afwachting van de bouw van nieuwe woningen in een andere nederzetting, namelijk  Kochav Yaakov.
Het hooggerechtshof verwierp dit plan echter zondag. De drie rechters, Asher Grunis, Mirian Naor en Salim Joubran stelden nogmaals dat nederzettingen volgens de regels van de Israelische staat niet op privé land kunnen worden gebouwd. Ook zeiden zij geen reden voor uitstel te zien. De nieuwe datum waarop de nederzetting verdwenen moet zijn, stelden zij nu op 1 augustus.
Linkse NGO's als Yesh Din en Vrede Nu waren blij met de uitspraak. Rechtse parlementariërs lieten echter weten dat zij tegen de uitspraak in actie zullen komen. De Knessetleden Danny Danon (Likud) en Uri Ariel (Nationale Unie) deden een oproep op hun collega's in het parlement om nu akkoord te gaan met een wet die alle illegale outposts zal legaliseren. Danon zei dat hij van plan is daarvoor een speciale Knessetzitting bijeen te roepen gedurende het reces ter gelenheid van Pesach, het joodse paasfeest, dat begint op 7 april.

Rassenrellen in Jeruzalem

Haaretz meldde dit vrijdag, terwijl het maandag was gebeurd:
Beitar-kleuren en insignae
 Hundreds of Beitar Jerusalem supporters assaulted Arab cleaning personnel at the capital's Malha shopping center on Monday, in what was said to be one of Jerusalem's biggest-ever ethnic clashes. "It was a mass lynching attempt," said Mohammed Yusuf, a team leader for Or-Orly cleaning services.
Despite CCTV footage of the events, no one was arrested. Jerusalem police said that is because no complaint was filed. Witnesses said that after a soccer game in the nearby Teddy Stadium, hundreds of mostly teenage supporters flooded into the shopping center, hurling racial abuse at Arab workers and customers and chanting anti-Arab slogans, and filled the food hall on the second floor.
 Avi Biton, Malha's security director, sent a force of security guards in an attempt to restore order, but they were outnumbered. He called the police who arrived in large numbers about 40 minutes after the brawl started. At about 10.30 P.M., they evacuated the mall and the management shut its doors.
 Nu, zondag 25 maart, is er een follow up. Nadat Haaretz het bracht en onder meer een stoet bloggers het verhaal heeft opgepikt, gaat de politie alsnog onderzoek doen naar wat kennelijk één van de ergste racistische rellen ooit was in Jeruzalem.
Raar verhaal. Lisa Goldman vraagt zich op de site +972 af wat er gebeurd zou zijn als honderden Arabische supporters een aantal Joden zou hebben bespuugd, uitgescholden en in elkaar geslagen. Zou de politie dan ook zo passief zijn gebleven?

zaterdag 24 maart 2012

Israelische universiteiten begeven zich op het glibberige pad van de hasbara

Een van mijn favoriete Israelische bloggers, Yossi Gurvitz,  komt met het nieuws dat er nu twee universiteiten in Israel zijn die in hun  pakket studieprogramma's hebben opgenomen voor hasbara. Ik vind dat behoorlijk sensationeel en verontrustend. Hasbara, de meeste lezer van dit blog zullen het langzamerhand wel weten, is de Israelische vorm van propaganda. De eigenlijke betekenis van het woord is 'verklaring, verduidelijking', en hasbara was oorspronkelijk ook niet meer dan voorlichting in de hoop dat zaken die omstreden waren wel duidelijk zouden worden als de feiten maar bekend werden gemaakt. In de loop van de jaren heeft hasbara echter de reputatie verworven van een machine die de feiten verdraait, desnoods door het distribueren van vervalst materiaal, en die erop uit is critici van Israel zo zwart en verdacht mogelijk te maken. 
Tot een paar jaar geleden was hasbara vooral in de handen van het Israelische ministerie van Buitenlandse Zaken, dat een speciale afdeling hasbara en media had. Onder premier Ehud Olmert werd dat flink uitgebreid. En onder Netanyahu is er zelfs een speciaal ministerie van Hasbara en zaken betreffende de Diaspora gekomen (onder minister Yuli Edelstein). Dit ministerie heeft een situation room die in vijf talen naar buiten komt en volgens de eigen Hebreeuwse webpagina 100.000 vrijwilligers kan bedienen die  actief zijn in de sociale media, evenals een niet genoemd aantal bloggers (ik ontleen dit aan een eerder stuk van een andere Israelische blogger, Noam Sheizaf)  
Verder heeft het bureau van de minister-president een hasbara-afdeling, heeft het leger een internationale hasbara-arm  die zich niet beperkt tot het geven van voorlichting geven over leger-activiteiten, speelt de Jewish Agency (een organisatie die vanouds de contacten tussen Israel en Joodse gemeenschappen elders onderhield) zich bezig met hasbara en doen ad hoc ook de ministeries van Cultuur en van Toerisme eraan. 

Heel veel hasbara-activiteiten zijn overigens uitbesteed aan non-governmental organisations als Stand With Us, The Israel Project en andere (ook Watchdog organisaties als NGO-Monitor, en in de VS Honest Reporting en CAMERA kunnen in dit verband worden genoemd, terwijl ook de speciaal op de Palestijnen en Arabisch wereld gerichte Watchdogs als Palestinian Media Watch en MEMRI ook niet ongenoemd mogen blijven). De belangrijkste van deze organisaties - met name de eerste twee in dit rijtje - opereren in nauwe samenwerking met de Israelische overheid. Veel energie van deze organisaties gaat zitten in het beïnvloeden van opiniemakers. Journalisten en bloggers worden regelmatig vergast op reisjes onder deskundige leiding van Israelische functionarissen (ook het Nederlandse CIDI doet daaraan mee - onder meer met reizen voor beginnende journalisten), terwijl grote groepen oud-diplomaten, journalisten en militairen worden ingeschakeld om lezingen te geven op universiteitscampussen, voor think tanks en bij tal van evenementen (instructief is bijvoorbeeld de lijst van sprekers die geregeld kan worden via The Israel Project  (hier)

 Maar nu is er dus weer een nieuwe loot aan de hasbara-stam en dat zijn twee studieprogramma aan de universiteiten van Haifa en van Tel Aviv.  De betrouwbaarheid van beide kan onder meer worden afgeleid aan de hand van het feit dat in allebei een rol is weggelegd voor Neil Lazarus, een soort hasbara spindoctor die vermaardheid verwierf doordat hij een jaar geleden een video in roulatie bracht waarop een homo het verhaal verteld dat  hij mee wilde doen met de Free Gaza Flotilla maar op grond van zijn seksuele geaardheid ruw door de organisatoren was afgewezen. De video werd al na enkele dagen ontmaskerd als een doorzichtige, met behulp van een acteur  in scene gezette poging de Free Gaza Flotilla verdacht te maken.  We mogen, als Lazarus één van de docenten van beide cursussen is, 'dan ook aannemen dat de cursisten wordt bijgebracht hoe ze moeten liegen. 
De cursus in Haifa is bedoeld voor Israeli's, de cursus in Tel Aviv voor buitenlanders. Het programma in Haifa wordt gesponsord door het ministerie van Hasbara en dat in Tel Aviv door het ministerie van Buitenlandse Zaken. De Canadian Jewish News meldt over de cursus in Haifa, die geleid wordt door Eli Avraham, een docent communicatie, dat de studenten geleerd wordt hoe ze de 'nieuwe media' terug moeten veroveren om daar Israels versie van gebeurtenissen en van de geschiedenis aan de man te brengen. De cursus die 'Ambassadors Online' heet  leert de studenten onder meer hoe ze entries in Wikipedia moeten schrijven en redigeren, hoe ze een pro-Israel Facebook-pagina moeten onderhouden, en hoe ze in fora en chatrooms in moeten gaan tegen 'anti-Israel standpunten'.  Voor de cursus zijn 30 studenten geselecteerd uit een aantal van 56 aanmeldingen. De studenten krijgen onder meer les in geschiedenis en 'public diplomacy' en krijgen gastcolleges van docenten als Reda Mansour, voormalig consul van Israel in Atlanta, kolonel b.d. Miri Eisen, ex-persadviseur van de premier, en Neil Lazarus, die een 'externe adviseur' van het ministerie van Buitenlandse Zaken wordt genoemd. Docent Avraham wil de cursus volgend jaar ook toegankelijk maken voor buitenlandse studenten.
De cursus in Tel Aviv is wat geheimzinniger. Er zijn geen publicaties over. Blogger Gurwits kon de informatie alleen van derden krijgen. De cursus heet “Ambassador Club” en bestaat uit zeven lessen, mede-organisator is de NGO 'Stand with Us' . De studenten krijgen 'studiepunten' als ze alle zeven volgen. Alle colleges worden gegeven door rechtse hasbara-deskundigen, afgezien van één dat gegeven wordt door  Dr. Khalil Shikaki, een bekende Palestijnse opiniepeiler.
Het eerste college werd gegeven door Ari Varon, een voormalige adviseur van de premier, het volgende zal zijn met de kolonist Itamar Marcus, de baas van de virulent anti-Palestijnse Palestinian Media Watch, en vice-voorzitter van het  Central Fund for Israel, een rechts fonds dat onder meer geld geeft aan de rechtse studenten-club Im Tirzu en de rechtse NGO Honenu, een organisatie die juridische bijstand geeft aan de schaarse soldaten en kolonisten die als gevolg van gewelddaden jegens Palestijnen met justitie te maken krijgen. Het derde college is met luitenant-kolonel Avital Leibovich, van de woordvoering van het leger,  dan volgt Dr. Shikaki, daarna Neil Lazarus. De zesde spreker is kolonel b.d. Miri Eizen, die de studenten zal rondleiden in Jeruzalem, en de laatste les wordt gegeven door Mark Regev, de woordvoerder van het bureau van de premier voor de buitenlandse pers.
Dat universiteiten zich lenen voor dit soort propagandadoeleinden is een zorgwekkende ontwikkeling. Het is de eerste stap op een hellend vlak dat op termijn de geloofwaardigheid van zo'n  wetenschappelijk instituut geheel op losse schroeven zal zetten.

vrijdag 23 maart 2012

UN Human Rights Council wants probe of the settlements

 The El Ariq well near the village of Qaryut in the Nablus area. The well has been annexed by settlers who converted it into a tourist attraction, called Ein Gvura. (For more details see below) (Photo OCHA.

The United Nations launched an international investigation on Thursday into Israeli settlements in the Palestinian territories, with the United States isolated in voting against the initiative brought by the Palestinian Authority.
The UN Human Rights Council condemned Israel's planned construction of new housing units for settlers in the West Bank and East Jerusalem, saying they undermined the peace process and posed a threat to the two-state solution and the creation of a contiguous and independent Palestinian state.
The 47-member forum adopted the resolution to launch a probe by a vote of 36 states in favor, including China and Russia, with one against (the United States). Ten abstained, including European Union members the Czech Republic, Romania, Hungary, Poland Italy and Spain.
The text was introduced by Pakistan on behalf of the Organization of Islamic Cooperation and co-sponsored by states including Cuba and Venezuela. ''In violation of international humanitarian and human rights law, Israel is continuing construction of illegal settlements in the occupied territories including East Jerusalem," Pakistan's ambassador Zamir Akram told the talks. The resolution called on Israel to take serious measures to prevent settler violence "including confiscation of arms and enforcement of criminal sanctions", and protection of Palestinian civilians and property in the territories.
The three investigators are to be named at a later date.
Israel's prime minister, Benjamin Netanyahu, swiftly dismissed the Geneva forum as "hypocritical" and having an "automatic majority against Israel". "This is a council that should be ashamed of itself. The UN Human Rights Council has no connection to human rights," Netanyahu said. The Prime Minister added that out of 91 decisions made by the UN body to date, 39 dealt with Israel. "Only three of the decisions dealt with Syria, and only one with Iran. A source in Netanyahu's office said Israel would not cooperate with the investigation.
The U.S. ambassador to the UN in Geneva said that the decision harmed efforts to restart negotiations between Israel and the Palestinians and would not help protect the human rights of Israelis and Palestinians. "We don't accept the legitimacy of construction in the settlements, but we are disturbed by this one-sided and biased decision," she said.

The adoption of the resolution came after a debate on the human rights situation in the West Bank and other occupied Arab territories that started on 19 March. 
On the dame day the UN Office for the Coordination of Humanitarian Affairs (OCHA) published a report about the use of water wells in the West Bank, which was conducted in the course of last year. The survey identified a total of 56 water springs close to the Israeli settlements, the majority of which are located in Area C. and on land parcels recorded by the Israeli Civil Administration as privately owned by Palestinians.The report concluded that 30 of these springs are under full settler control. In 22 of the cases Palestinians have been deterred from accessing the springs by acts of intimidation, threats and violence perpetrated by Israeli settlers, while in the eight springs under full settler control, Palestinian access has been prevented by physical obstacles, including the fencing of the spring area, and its “de facto annexation” to the settlement.
“Despite the decline in their yield, springs have remained the single largest water source for irrigation and a significant source for watering livestock,” the report says. To a lesser extent, springs are also a source of water for domestic consumption for Palestinians

donderdag 22 maart 2012

Voor één keer had Catherine Ashton volkomen gelijk

Vijf Palestijnse kinderen uit Jabaliya (Gaza) die in december 2008 tijdens de operatie Cast Lead met 'chirurgische precisie' door het Israelische leger werden gedood.

Ik ben geen fan van Catherine Ashton, de 'minister van buitenlandse zaken' van de Europese Unie. Ik geloof niet dat ik me ook maar één optreden van haar kan herinneren dat indruk maakte. Ik geloof dat ik me evenmin ook maar één uitspraak van haar kan herinneren die bleef hangen. In het Israelische-Palestijnse conflict betrok ze dusdanig onzijdige standpunten dat je zou wensen dat ze haar mond hield in plaats van de de indruk te wekken dat ze een mening had en van plan was dar ook iets mee te gaan doen.
Als ik het ditmaal voor haar opneem is dat dan ook niet zozeer om haar te steunen als wel om een paar kanttekeningen te malen bij de reactie van Israel, nadat zij in een rede het doodschieten van een leraar/rabbijn en drie kinderen bij een Joodse school in Toulouse in één adem had genoemd met slachtoffers van andere gebeurtenissen en conflicten.
Op een conferentie over 'Palestijnse vluchtelingen in een veranderend Midden-Oosten'  vroeg Ashton aandacht voor alle kinderen die het slachtoffer zijn geworden van treurige gebeurtenissen. Ze noemde  de schoolkinderen die vorige week omkwamen bij het busongeluk in Zwitserland, de kinderen in Toulouse, de gebeurtenissen van een jaar geleden in Noorwegen, 'wat we weten dat er gebeurt in Syrië en wat we zien dat er gebeurt in Gaza en andere plaatsen op de wereld'.
Haar woorden lokten direct giftige reacties uit van de Israelische minister van buitenlandse zaken Lieberman en premier Netanyahu.  Lieberman zei dat wat Ashton had gezegd 'ongepast was' en dat hij hoopte dat ze haar woorden zou terugtrekken. 'Israel is het meest morele land ter wereld, ondanks het feit dat we terroristen moeten bestrijden, die zich tussen een burgerbevolking bevinden. De IDF (het Israelische leger) doet zijn uiterste best de bevolking niet te raken, ook al biedt die bescherming aan  terroristen,' aldus Lieberman.

Premier Netanyahu zei: 'Waar ik me vooral over opwind, is de vergelijking tussen een moedwillige slachtpartij en de chirurgische precisie waarmee de IDF opereert om terroristen uit te schakelen die kinderen als menselijk schild gebruiken.' En Ehud Barak, de Israelische minister van defensie, zei dat Ashton's uitspraken 'woede opwekten' en ver bezijden de waarheid' waren.
Ashton kwam overigens later op haar woorden terug. Ze zei dat dat ze verkeerd begrepen was en dat ze op geen enkele wijze een vergelijking had willen trekken tussen de moorden in Toulouse en wat gebeurd was in Gaza. 
Drie kinderen van de familie Samouni. Tijdens de operatie Cast Lead werden met chirurgische precisie 28 leden van de 'extended family' Samouni gedood.

De wijk waar het huis van de familie Samouni stond nadat het Israelische leger daar met 'chrirurgische precisie' was opgetreden.

De Israelische reacties zijn om en aantal redenen interessant. In de eerste plaats is het opvallend dat bijna niemand het merkwaardig vindt dat Israel zo reageert. Ashton deed eigenlijk niets speciaals, ze vroeg aandacht voor alle kinderen die slachtoffer- zijn  van omstandigheden, maar blijkbaar is het zelfs niet geoorloofd Joodse slachtoffers in één adem met andere slachtoffers te noemen, en al helemaal niet met  Palestijnse slachtoffers. En in zekere zin wordt dat Israelische gedrag weerspiegeld in hoe de rest van de westerse wereld reageert. Media, autoriteiten, Joodse organisaties, allemaal laten een zelfde soort Pavlov-reactie zien. Een terrorist schiet parachutisten dood in Montauban = akelig nieuws. De terrorist schiet opnieuw een militair dood in Toulouse = opnieuw akelig nieuws. Maar als dezèlfde terrorist voor de derde keer toeslaat en vier Joden doodt is het ineens nieuws van een heel andere orde. Groot nieuws. Grote krantenartikelen, veel foto's. De Franse president staat een regeringsvliegtuig af om de lichamen naar Israel te vliegen voor de begrafenis. De Franse minister van buitenlandse zaken vliegt mee om  bij de plechtigheid aanwezig te zijn. Het wemelt van toespelingen op herlevend dan wel altijd al aanwezig  antisemitisme. Mevrouw Esther Voet van het CIDI (zij wordt straks de nieuwe directeur) komt bij Knevel en Van den Brink van de EO verklaren dat bedreigingen en erger een 'fact of life' zijn voor Joden.

Misschien is de gemiddelde journalist zich niet eens bewust van het Pavlov-mechanisme. Maar het is hetzelfde mechanisme dat zich voordoet als er doden vallen in Israel door raketten of anderszins door Palestijns geweld. Joodse doden is groot nieuws - Palestijnse doden halen vaak de krant niet eens. In het geval van de moorden in Toulouse wekken drie dode parachutisten misschien wat vage gevoelens van onbehagen, maar zijn vier dode Joden meteen groot - en verontrustend - nieuws. Zelfs al zou het best kunnen dat die vier doden Joden toevallig werden gedood, omdat - zoals de Franse minister van Binnenlandse Zaken Guéant opmerkte -  de dader in Toulouse die dag wel had gespeurd naar militairen die hij kon doodschieten, maar ze niet had kunnen vinden en toen maar bij de joodse school zijn slag had geslagen.
Blijkbaar is dat dan toch meteen een bewijs van het 'nog altijd aanwezige antisemitisme'. En blijkbaar is het dan niet geoorloofd om de kinderen die op deze tragische manier omkomen in één adem te noemen met andere kinderen die evenzeer tragisch aan hun eind kwamen. Ik vind dat unheimisch. Het getuigt van een soort op zijn kop gezet racisme waarvan je zou mogen hopen dat we er eens een keer van afraken.  Theodor Herzl, de grote voorman van het zionisme, noemde indertijd als één van de belangrijkste redenen om de 'Judenstaat' op te richten dat het de situatie van het Joodse volk, dat tot dan een onbehuisd zwervend bestaan leidde, zou normaliseren. Maar uit de reacties op de moorden in Toulouse valt moeiteloos af te leiden dat van die normalisatie niet veel terecht is gekomen.
De reacties van Netanyahu en Lieberman zijn in dit opzicht het ergst. Uit hun woorden spreekt een volstrekt misplaatst gevoel dat de dood van Joodse kinderen zwaarder telt dan de dood van andere kinderen, en blijkbaar maakt hen dat ook volstrekt blind voor de manier waarop het Israelische leger te werk gaat als het voor het Joodse vaderland weer eens een 'defensieve operatie' uitvoert. Chirurgische precisie, het mocht wat. We hoeven maar naar de aantallen slachtoffers te kijken om te zien hoe belachelijk 'zo'n opmerking is. Ashton had natuurlijk volstrekt gelijk om alle kinderen die omkomen door geweld van welke aard dan ook op één lijn te stellen. Elke dode die valt door geweld of ongelukken is  even tragisch of hoort dat in ieder geval te zijn. Zolang er met verschilend eaten wordt geeten is er iets mis. En zolang mensen als Netanyahu en Lieberman op deze manier op zo'n opmerking van Ashton kunnen reageren zonder dat dat als racistisch, hypocriet en feitelijk onjuist aan de kaak wordt gesteld, is er weinig kans dat er van Israelisch-Palestijnse verzoening sprake kan zijn. Of dat het nog eens goed komt met die 'normalisatie'  van het Joodse volk.     
a
Met 'chirurgische precisie' uitgevoerde luchtaanval op een auto met burgers in Libanon tijdens Israel's veldtocht tegen Lbanon in 2006. De foto is van 15 juli 2006 en genomen bijTeir Hafra.
Vijf burgerslachtoffers van een bombardement  dat et 'chirurgische precisie' werd uitgevoerd op  vluchtende burgers op en bij een brug bij Sidon op 17 juli 2006 tijdens Israels inval van dat jaar in Libanon. 

PS  Ma'an News brengt vandaag nog een verhaal over chirurgische precisie: een 12-jarige jongen die op 11 maart in Gaza door een raket letterlijk doormidden werd geschoten toen hij op weg was naar school..   

dinsdag 20 maart 2012

'Leven van Hana Shalabi in gevaar na hongerstaking van 33 dagen'


 De Palestijnse hongerstaakster Hana Shalabi is maandag naar een ziekenhuis gebracht maar na korte tijd weer teruggebracht naar de Sharon gevangenis. Dat gebeurde nadat Artsen voor de Mensenrechten bekend hadden gemaakt dat haar toestand ernstig is verslechterd en dat zij in levensgevaar verkeert. Hana Sahalabi (29) is nu, op dinsdag, bezig aan de  34ste dag van haar hongerstaking. 
 Shalabi had maandagmorgen bezoek gehad van een onafhankelijke arts van Artsen voor de Mensenrechten (PHR). Deze arts concludeerde dat er sprake was van een proces van afbraak van de spieren, een gewichtsverlies van 14 kilo,  een erg lage pols, een lage temperatuur (35 graden), en een vermindering van het kaliumgehalte in het bloed. Die symptomen, aldus PHR, zouden kunnen wijzen op ernstige schade aan het hart en een begin van het aftakelen van de hartspier, wat elk moment tot hartfalen zou kunnen leiden.
PHP deed de aanbeveling Shalabi op te nemen in een ziekenhuis en naar aanleiding daarvan werd ze overgebracht naar het Meir ziekenhuis in Kfar Saba. Maar na kort tijd weer naar de gevangenis teruggebracht, zo meldde een woordvoerster van het gevangeniswezen aan het persbureau AFP. 
Shalabi uit het dorp Burqin op de Westoever al eerder 2,5 jaar in administratieve detentie. Zij werd vrijgelaten onder de ruil van gevangenen tegen de Israelische militair Gilad Shalit, maar enkele maanden later werd zij alweer gearresteerd en opnieuw in administratieve detentie genomen. Zij begon daarop haar hongerstaking. Het Israelische leger beweert dat er aanwijzingen zijn dat ze een gevaar vormt. De Palestijnse Autoriteit maakte zondag bekend dat Israel heeft aangeboden haar vrij te laten en naar Gaza te deporteren. Dat heeft de PA afgewezen.

zondag 18 maart 2012

Kolonisten vernielen 220 olijfbomen

 De foto is van september 2011. Toen vernielden de kolonisten van Esh Kodesh 45 olijfbomen van het dorp Qusra (de nederzetting ligt volledig op grond die toebehoort aan Qusra).

 Kolonisten hebben vrijdag laat 220 olijfbomen vernield op het land van het dorp Duma bij Nablus, zo heeft Ghassan Daghlas, de Palestijnse functionaris die de activiteiten van de nederzettingen in de gaten houdt voor de Palestijnse Autoriteit, meegedeeld. De kolonisten kwamen uit de illegale outpost Esh Kodesh, een voorpost van de nederzetting Shiloh . De bomen stonden op land van Ali Abdul-Hamid, Hasan Salawdah, Zakariyya Salawdah, Hosni Salawdah en Adul-Raziq Dawabshah..
Een Israelische militaire woordvoerster zei echter dat niet kolonisten maar Palestijnen de bomen hadden vernield. (Waarschijnlijk had ze dat afgekeken van Lex Runderkamp van de NOS, die onlangs een reportage maakte waarbij hij Egyptische kopten hun eigen kerk in brand liet steken). Volgens het Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Zaken van de VN (OCHA) is het geweld van kolonisten in 2011 met 50% toegenomen.

zaterdag 17 maart 2012

Israel eist ontslag VN-employee wegens 'verspreiden valse informatie'

Het laatste treffen tussen Israel en Gaza van de afgelopen week dreigt alsnog een extra slachtoffer te maken, zij het in overdrachtelijke zin. De Israelische ambassadeur bij de Verenigde Naties, Ron Prosor, heeft om het ontslag gevraagd van een Palestijnse werkneemster  van het VN-Bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Zaken (OCHA). Prosor deed dat in een brief aan VN-onder-secretaris-generaal voor Humanitaire zaken Valerie Amos meldt de Jerusalem Post.
Het verzoek betreft Khulood Badawi, coordinator media en publiciteit van Ocha. De reden voor Prosors verzoek betreft het feit dat Badawi tijdens de jongste confrontaties in Gaza de hieronder volgende  verwijzing naar een foto rondtwitterde:
een Israelische activist achterhaalde dat de foto waar Badawi naar verwees niet sloeg op de gebeurtenissen van dat moment, maar een foto van het persbureau Reuters uit 2006 was (het zou zelfs gaan om een meisje dat van een schommel was gevallen, al gebeurde dat dan tijdens een andere bloedige aanval van Israel in Gaza in dat jaar).
Nu was dat inderdaad niet handig van Khulood Badawi, ook al zette ze er niet expliciet bij dat het een foto van dat moment was en ook al deed ze het niet in haar hoedanigheid als werknemer van Ocha, maar onder haar eigen naam. Israelische hasbaristen loeren nu eenmaal voortdurend op gelegenheden om mensenrechtenorganisaties, activisten en critici zwart te maken en  het zwijgen op te leggen. Daarbij worden weinig middelen geschuwd en ze zijn in staat om heel wat in beweging te zetten. (In dit geval stortten horden rechtse twitteraars en bloggers, en hasbara-instellingen van Honest Reporting tot Commentary magazine in de VS zich op het verhaal). Badawi, een Israelische Palestijnse die in Haifa heeft gestudeerd, voor onder meer de Vereniging voor de Burgerrechten (ACRI) heeft gewerkt en activiste van Ta'ayush was, had dat kunnen weten.
Khulood Badawi
 Dat neemt echter niet weg dat de actie van Prosor en alle opwinding van de hasbara-legioniairs weer eens op pijnlijke wijze de hypocrisie en dubbele moraal duidelijk maakt waar het hasbara-legioen aan lijdt. Want wat deden de hooggeachte voorlichters van het Israelische leger tijdens de laatste Gaza-gebeurtensisen? Overste Avital Leibovich twitterde een video rond van een lanceerinrichting van de Islamitische Jihad die was gemaakt in november 2011. Woordvoerder Ofir Gendelman twitterde een drie jaar oude foto rond van een vrouw die met haar kinderen dekking zoekt tegen een rakettenregen.  En op de site van de IDF stond een video met geluid van inslaande raketten die eveneens van ouder datum was. En dan hebben we het nog niet gehad over de door de legervoorlichting vervalste foto's van wapens ten tijde van de Israelische overval op de Freedom Flotilla en dito video's (kompleet met opmerkingen van Turkse opvarenden als 'Go back to Auschwitz'' die later waren toegevoegd) of de fake video, gepromoot door de overheids persdienst  van een homo die door de Free Flotilla beweging zou zijn gediscrimineerd) of de talloze andere opzettelijke leugens die kunnen worden toegevoegd aan deze lijst.
Prosor zei in zijn brief dat het ging om een OCHA employee ''belast met informatie die rechtstreeks betrokken was bij het verspreiden van misleidende informatie. Als het gedrag van een employee van zo grof afwijkt van de verantwoordelijkheid van de organisatie om onpartijdig te blijven, brokkelt de integriteit van de hele organisatie af. De geloofwaardigheid van OCHA wordt al ernstig in twijfel getrokken door het Israelische publiek. Dat is de reden  dat onmiddellijk actie moet worden ondernomen in dit geval.''
Hypocrieter kan haast niet. Laat Prosor eerst eens naar de opzettelijke leugens en vervalsingen van de eigen Israelische diensten gaan kijken voordat hij zo hoog van de toren blaast over een ongelukkige tweet.  

Honden tegen ongewapende demonstranten



Het Israelische leger zet sinds kort een nieuw wapen in tegen vreedzaam demonstrerende Palestijnen: honden. Bovenstaande video werd vrijdag opgenomen in het dorp Kfar Qaddum in het noorden van de Westoever. Er is op te zien hoe de hond één van de demonstranten - Ahmed Shtawi - aanvalt en hoe het minuten duurt voordat het dier loslaat. Een fotograaf van het persbureau AP was ook ter plekke en maakte foto's. Shtawi stond overigens op dat moment wat achteraf te praten met een groepje mensen. Op de video is ook te zien hoe een lid van het Volkscomité van het dorp, Murad Shtawi, probeert te verhinderen dat zijn dorpsgenoot, die onder het bloed zit, wordt gearresteerd nadat de hond eindelijk heeft losgelaten. Tevergeefs. Ook Murad Shtawi zelf wordt op gepakt, nadat hij met pepperspray is bewerkt en op de grond is gegooid.
De mensenrechtenorganisatie B'Tselem protesteerde er in april 2011 tegen dat het leger honden inzette bij het oppakken van Palestijnen die illegaal (via de Muur) Israel binnendrongen op zoek naar werk.  De organisatie meldde ook op 3 februari een geval waarbij een Palestijn in Hebron gewond raakte doordat het leger een hond op hem afstuurde. 
Honden loslaten op mensen, waar doet dat ook weer aan denken?

vrijdag 16 maart 2012

Herdenking slachtoffers racisme in Europa

Het Platform Stop Racisme en Uitsluiting houdt op 21 maart, ter gelegenheid van de door de VN uitgeroepen jaarlijks terugkerende Internationale Dag tegen Racisme, een fakkelmanifestatie om aandacht te vragen voor de toename van het aantal slachtoffers van racistisch geweld in Europa.
Naast de extreem-rechtse moorden van Anders Breivik in Noorwegen en de Nationaal-Socialistische Ondergrondse (NSU) in Duitsland vielen het afgelopen jaar in Italië, Griekenland, Hongarije en Engeland doden als gevolg van racistisch geweld. Het Platform heeft een lijst samengesteld met de namen van de slachtoffers.
Na een inleiding van Rob Witte, schrijver van het boek: “Al eeuwenlang een gastvrij volk; racistisch geweld en overheidsreacties in Nederland (1950-2009)”, worden de namen van de slachtoffers voorgelezen door het publiek.  Alejandra Slutzky, Jan Kees Helms, Nico van Apeldoorn, Stefka en G.W.Sok (ex-the EX) zullen de bijeenkomst begeleiden met gedichten en muziek.
Het Platform roept op om bloemen mee te nemen. Het Platform zal zelf fakkels uitdelen.
Datum: Woensdag 21 maart 2012,
Tijd: 19.30 uur
Plaats: de Dokwerker, Jonas
Daniël Meijerplein, Amsterdam


Strategisch debat en borrel
Op 24 maart organiseert het Platform een bijeenkomst met een terugblik op de antiracismebeweging in de afgelopen 20 jaar en een blik naar de toekomst. Introducties door Ineke van der Valk en Rene Danen,gevolgd door een debat.
Datum: zaterdag 24 maart 2012,
Tijd: 19.30 uur  
Plaats: SWOB gebouw, 1e Helmersstraat 106,
Amsterdam West
Hier alvast een voorproefje in de vorm van één van de 60 YouTube filmpjes die gemaakt zijn sinds 1992:
 

Het Platform zoekt vrienden!
Het Platform is een jonge en onafhankelijke organisatie die het afgelopen jaar met succes grote maar ook kleinere ludieke acties heeft georganiseerd. Zo hebben we een menselijke keten in Amsterdam tussen moskee, synagoge en kerk gevormd, een demonstratie op de Dam gehouden en 39 onrechtmatige maatregelen uit het regeerakkoord bij de Eerste Kamer aanhangig gemaakt. Behalve acties organiseert het Platform ook debatten en lezingen en zijn er samenwerkingsverbanden met andere organisaties.
In de toekomst wil het Platform nog vaker, sneller en effectiever in actie komen.  Jij kan dit mogelijk maken door Vriend te worden van het Platform, in de vorm van vrijwillige inzet bij acties of door een financiële bijdrage aan de Stichting van het Platform. Allebei mag ook.
Je kunt je opgeven via  info@platformtegenvreemdelingenhaat.nl t.a.v. Lonneke Lemaire.
In de email kan je aangeven of je Vriend wil worden door middel van een bijdrage van 15 euro per kwartaal, 25 euro per halfjaar, of 50 euro per jaar en/of door je als vrijwilliger aan te melden die kan meehelpen bij acties. In dat geval is het fijn als je ook een mobiel telefoonnummer doorgeeft.

Israel is nog stevig bezig in Gaza, maar ook in Libanon, Syrië en op de Westoever

  Het aantal slachtoffers in Gaza heeft de 45.000 overschreden. Volgens het media bureau van de regering in Gaza is het aantal nu 45.097. Er...