
Een ander opvallend punt is dat 23 van de zogenoemde 'illegale voorposten' (wilde nederzettingen die niet door Israel zijn erkend en dus ook volgens de Israelische wet 'illegaal' zijn, in tegenstelling tot nederzettingen die Israel wél heeft erkend) zijn gesticht op land dat op de kaarten is aangegeven als beschikbaar land. Het lijkt onwaarschijnlijk dat daarbij toeval in het spel is., Waarschijnlijk hebben de stichters van deze ''illegale'' nederzettingen inzage gehad in de kaarten van de Civil Administration. Dat zou dan weer een bewijs temeer zijn van de samenwerking tussen de 'illegale' kolonisten en de Israelische overheid. (Andere aanwijzingen zijn dat de illegale nederzettingen gewoonlijk beschikken over elektriciteit en stromend water en andere voorzieningen, zoals onderwijs en vervoersmogelijkheden). De 'Civil Administration' is trouwens bezig om een aantal van deze illegale outposts, zoals Shvut Rahel, Rehelim en Hayovel, gelegaliseerd te krijgen.
Haaretz heeft de kaarten in handen gekregen doordat de activist Dror Etkes, tot enkele jaren geleden de man die voor Vrede Nu het nederzettingenprogram in de gaten hield, ze had opgevraagd met een beroep op de Israelische wet op de openbaarheid van bestuur. Op de kaarten zijn 569 stukken land als beschikbaar aangemerkt, met een gezamenlijke oppervlakte van 620.000 dunam, dat is ongeveer 155.000 hectare. Een flink aantal plaatsen heeft op de kaart namen gekregen die niet bestaan, wat lijkt aan te geven dat ze als plekken voor mogelijke nieuwe nederzettingen zijn aangemerkt. Het gaat daarbij om namen als Shlomzion, op land van het Palestijnse dorp Aqraba, ten oosten van Nablus; Lev Hashomron, op land van Kafr Haja, tussen Nablus en Qalqilyah; Mevo Adumim, op land van al-Azariya en Abu Dis; en Mitzpeh Zanoah en Mitzpeh Lahav, in de zuidelijke heuvels van Hebron.
Andere plaatsen hebben namen die verwijzen naar al bestaande nederzettingen, maar liggen er soms een stuk vandaan, wat lijkt aan te geven dat ze als mogelijke uitbreidingen van die nederzettingen achter de hand gehouden worden. Daarbij gaat het onder andere om namen als Immanuel Mizrah, Elkana Bet, Beit Aryeh Gimmel en Tekoa Sheet’hei Mir’ey.
Op de kaarten zijn 81 sites van in totaal 114,000 dunams gemarkeerd in gebied dat onder de Oslo-akkoorden to 'Area A of B' is gaan behoren (gebied dat geheel of deels onder controle valt van de Palestijnse Autoriteit. Kaarten van deze gebieden zijn sinds de sluiting van de Oslo-akkoorden niet meer bijgewerkt. Dat is echter anders in 'Aarea C', het gebied dat onder Israelische controle valt en waarin nagenoeg alle nederzettingen liggen. In Area C gaat het om 506.000 dunam en de kaarten in dat gebied zijn de afgelopen tien jaar voortdurend bijgewerkt, wat lijkt aan te geven dat die gebieden worden gezien als gebied waar mogelijk uitbreiding van de nederzettingen kan plaatsvinden.
Haaretz vroeg de Civil Administration om een reactie. Die luidde dat de kaarten niets anders zijn dan een database en niet betekenen dat er plannen bestaan om nederzettingen uit te breiden. Dat vereist ingewikkelde planningprocedures met tal van vergunningen, aldus de Civil Administration.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten