Israelische bulldozers hebben woensdagmorgen vroeg twee huizen vernield in een Palestijns vluchtelingenkamp bij Hebron. Bulldozers reden het kamp binnen onder zware Israelische bewaking en vermorzelden de huizen van Hilmi Abu Ghazi en Hasan Abu Ghazi in een gedeelte van het kamp dat bekend staat als Shuyukh al-Arroub (de Sheiks van Arroub). .
Er braken onlusten uit met jongeren ter plekke gooiden met stenen, terwijl de militairen traangas en met rubber overtrokken stalen kogels afvuurden. Diverse kampbewoners moesten zich onder doktersbehandeling stellen wegens overmatige blootstelling aan traangas en tenminste drie Palestijnse jongeren raakten gewond door de zogenoemde ''rubberkogels'.
Een woordvoerder van het militaire bestuur van de Westoever bevestigde tegenover het persbureau Ma'an dat de sloop was uitgevoerd nadat de eigenaars van de huizen een vergunning was geweigerd. Dat was gebeurd omdat zij niet hadden gehandeld in overeenstemming met de voorschriften, aldus de woordvoerder. In april 2013 werden ook al twee huizen in het kamp verwoest.
In Abu Dis, bij Jeruzalem, braken maandagnacht rellen uit nadat nieuws was doorgedrongen dat twee jongeren die in Jordanië waren behandeld voor zware verwondingen die zij eind januari hadden opgelopen bij een aanval van de grenspolitie, waren aangehouden op de Allenby-brug toen zij naar Abu Dis wilden terugkeren. Adam Abd al-Raouf Jamous en Jawhar Nasser al-Din Halbieh (19). De twee hadden sigaretten gekocht bij een stalletje en op het moment dat zij
een lucifer aanstaken, opende de grenspolitie het vuur op hen en liet
kort daarna honden op hen los. Volgens hun advocaat liepen ze beiden
kogelwonden op, en werd vooral Halbieh ook flink gebeten. De agenten
sleepten hen vervolgens zo'n driehonderd meter over de grond naar hun
basis, terwijl zij met geweerkolven werden bewerkt. Daardoor liepen
beiden ook meerdere fracturen op. Later werden zij overgedragen aan het
Hadassa ziekenhuis in Beit Hakarem.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten