Israel verlengt eenzame opsluiting gekidnapte ingenieur uit Gaza

Abu Sisi

Een Israelische rechtbank heeft donderdag de eenzame opsluiting verlengd van Dirar Abu Sisi (42), de hoofdingenieur van de elektriciteitscentrale van Gaza. Abu Sisi werd in februari 2011 ontvoerd uit een nachttrein in de Oekraïne. Na een tijdje vermist te zijn geweest, bleek hij in een Israelische gevangenis te zitten. Hij werd daar aanvankelijk ondervraagd over de verblijfplaats van Gilad Shalit, maar later stelden de Israelische autoriteiten hem - op basis van een aanklacht die aan alle kanten rammelt - in staat van beschuldiging omdat hij als rakettechnicus zou hebben gewerkt. 
Abu Sisi wordt als sinds zijn ontvoering en arrestatie in eenzame opsluiting gehouden. Bij het 'gevangenakkoord' van mei van dit jaar dat tot stand kwam na de massale hongerstaking van Palestijnse gevangenen in Israelische gevangenissen, zegde Israel onder meer toe dat het isolement van gevangenen in eenzame opsluiting zou worden opgeheven. In het geval van Abu Sisi (en nog een aantal andere gevallen, waaronder dat van Ahmed Saadat, de secretaris-generaal van het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina) heeft Israel die afspraak niet nageleefd. Abu Sisi zit gevangen in de gevangenis van Ashkelon.
        
Medewerker Addameer  Donderdag werd eveneens voor de tweede keer de detentie verlengd van Ayman Nasser, een research-medewerker van de mensenrechtengroep Addameer die zich speciaal bezighoudt met het lot van gevangenen in Israelische gevangenissen. Nasser, die op 15 oktober 's nachts in zijn huis werd opgepakt, zal nog eens acht dagen worden vastgehouden. Waarom hij wordt vastgehouden is onbekend, want de klachten tegen hem zijn geheim en noch hij, noch zijn advocaat hebben die onder ogen gehad. Nasser is  niet de enige van Addameer die problemen heeft met de Israelische autoriteiten. De voorzitter van Addameer, Adullatif Ghaith die in Jeruzalem woont, mag al geruime tijd niet meer naar het buitenland of de rest van de Westoever bezoeken, waar de meeste cliënten van Addameer wonen. De mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch gaf op 26 oktober een verklaring uit waarin Israel werd opgeroepen op te houden Addameer lastig te vallen. 

Tamimi in de rechtszaal in Ofer

Bassem Tamimi. Amnesty gaf ook een verklaring uit waarin Israel werd opgeroepen onmiddellijk en onvoorwaardelijk Bassem Tamimi uit Nabi Saleh vrij te laten. Tamimi werd op 24 oktober gearresteerd tijdens een vreedzame demonstratie in een Joodse supermarkt in een nederzetting ten noorden van Ramallah. Daarbij werd opgeroepen tot een boycot van Israelische producten. Hij wordt ervan beschuldigd een politieman te hebben aangevallen, de openbare orde te hebben verstoord en te hebben deelgenomen aan een verboden demonstratie.  Amnesty zegt echter geen bewijs gevonden te hebben dat hij geweld gebruikte tijdens de demonstratie, die door de politie met buitensporig vertoon van geweld werd opgebroken. Volgens Amnesty is Tamimi een 'prisoner of conscience'  die niets anders heeft gedaan dan gebruik maken van zijn recht op vrije meningsuiting. Ook een rechter had in eerste instantie gelast Tamimi vrij te laten en onder huisarrest te plaatsen, maar de militaire aanklager ging daartegen in beroep.   
 Tamimi werd eerder tot 13 maanden veroordeeld op basis van verklaringen van minderjarige dorpsgenoten die werden verkregen nadat die van hun bed waren gelicht en buiten aanwezigheid van volwassenen (zoals is voorgeschreven) waren verhoord. Dit vonnis werd zwaar bekritiseerd door de EU eveneens door Amnesty International. Als Tamimi nu opnieuw wordt veroordeeld, zal hij eveneens een straf van 17 maanden moeten ondergaan die hem bij die gelegenheid voorwaardelijk werd opgelegd.