Luxemburgs overheidspensioenfonds zet negen Israelische ondernemingen op de zwarte lijst

De bezoekende Duitse bondskanselier sprak zich in Jeruzalem uit tegen een boycot van Israelische bedrijven. Maar voor de rest was Merkels bezoek bepaald geen succes, volgens Haaretz.

Het pensioenfonds van Luxemburgs overheidsemployees, FDC, heeft alle vijf grote Israelische banken op een zwarte lijst gezet van firma's waarin het niet meer zal investeren. Hetzelfde geldt voor een aantal belangrijke Israelische ondernemingen. In totaal gaat het om negen Israelische bedrijven, plus de dochteronderneming in Israel van één Amerikaans bedrijf, Motorola.
FDC is daarmee de zoveelste Europese investeerder die deze maatregel neemt in verband met activiteiten van ondernemingen die verband houden met Israels nederzettingenprogramma. Eerder namen onder meer het Nederlandse pensioenfonds PGGM, het Noorse overheidspensioenfonds en Danske Bank vergelijkbare maatregelen.

FDC dat ongeveer 10 miljard dollar beheert, heeft in totaal 61 ondernemingen op de lijst gezet van ondernemingen waarin het niet meer zal investeren, hetzij omdat zij schade toebrengen aan het milieu, dan wel omdat zij geen goede sociale omstandigheden creëren voor hun werknemers (of zelfs met kinderarbeid werken), of omdat ze werken voor de wapenindustrie, of in strijd handelen met het internationale recht. Onder de ondernemingen op de zwarte lijst zijn US Boeing Aerospace and Defense en Lockheed Martin omdat zij werken aan atoomwapens (Lockheed Martin maakt ook clusterbommen); Chevron Oil omdat het schade veroorzaakt aan het milieu in het Amazone gebied in Ecuador; en Bridgestone Automotive omdat het zou werken met kinderarbeid in Liberia.
De Israelische banken staan op de lijst omdat zij "de illegale nederzettingen in bezet gebied financieren''. De Israelische onroerend goed gigant Africa Israel staat erop wegens activiteiten met betrekking tot de bouw in illegale nederzettingen. Andere Israelische bedrijven die taboe zijn verklaard zijn Jerusalem Economy Ltd., and Real Estate Management & Development, en de wapenfabrikant Elbit Systems voor zijn rol bij het leveren van “veiligheidssystemen voor de illegale afscheidingsmuur en voor nederzettingen”.
Ook het Amerikaanse bedrijf Motorola staat op de lijst omdat het betrokken is bij "schendingen van de mensenrechten in de bezette gebieden''. Volgens Who Profits heeft Motorola via haar dochter Motorola Solutions onder meer radar detectie systemen geleverd aan tussen de 20 en 47 Israelische nederzettingen die de bewegingen van Palestijnen controleren. Het gaat onder meer om nederzettingen in Hebron, en om Karmei Tzur en Bracha. Soms zijn de systemen opgesteld op privé grond van Palestijnen teneinde te verhinderen dat zij in de buurt van nederzettingen werkzaamheden verrichten. Het systeem, MotoEagle Surveillance genaamd, bestaat uit radar en camera's om de aanwezigheid van mensen buiten de nederzettingen te registreren. Volgens Who Profits is het systeem geïnstalleerd in ongeveer 25 nederzettingen, waaronder Teqo'a, Nokdim, Otniel, Beit Hagai, Eli,Rehelim, Tapu'ach, Mechora, Elon More, en Talmon.
De Israelische premier Benjamin Netanyahu, die tijdens het bezoek van de Duitse kanselier Angela Merkel; een vraag kreeg over de diverse boycots, zei dat ze alleen maar  vertragend zullen werken op het brengen van vrede tussen en de Palestijnen. "Het is niet moreel gerechtvaardigd om Israel te boycotten, de enige democratie in het Midden-Oosten. Zijn er andere landen die duizenden raketten op zich gericht hebben?" vroeg Netanyahu.''Het is immoreel en onproductief.'' Merkel op haar beurt zei ook tegen boycots van Israel te zijn. "Dat is gen optie voor Duitsland,'' zei ze. "We geloven niet dat het het vredesproces bevordert."