Israelische parlementsleden willen via een wet Joden toestaan te bidden op de ''Tempelberg''

(Illegaal) biddende Joden op de ''Tempelberg''. Een wetsvoorstel wil dit bidden legaliseren. 

Update, 23 mei: Hillik Bar, het lid van de Arbeidspartij dat zijn handtekening onder het wetsvoorstel had gezet, heeft die handtekening inmiddels weer teruggetrokken. Na protesten van hoge Jordaanse functionarissen en zijn partijleider Isaac Herzog, na waarschuwingen van mensen van de veiligheidsdienst Shin Bet, en na boze uitlatingen van Palestijnse leden van de Knesset die hem verweten dat hij een ''idioot is die de hele regio in brand wil zetten'', heeft hij zich teruggetrokken. Hij vertelde Al-Monitor dat hij de impact had onderschat (ik schreef het hieronder al, Bar is niet bepaald iemand die het buskruit zou hebben kunnen uitvinden). Wat Miri Regev  betreft, de andere indienster van het wetsvoorstel, zij zet natuurlijk door. Regev zei dat ze wel andere ondertekenaars zal vinden.   (Einde update)

Vertegenwoordigers van de Israelische Likud-partij en de Arbeidspartij zijn van plan een wet in te dienen die het Joden mogelijk maakt om te bidden op het terrein van de Aqsa moskee, dat door de Palestijnen de Haram al-Sharif wordt genoemd en dat Joden de Tempelberg noemen. Indien zo'n wet wordt aangenomen is dat niets meer of minder dan een bom onder de religieuze status quo.
De Haram al-Sharif kwam bij de verovering van Oost-Jeruzalem  en de Westoever in 1967 in Israelische handen, maar tot nu toe is het Joden op grond van een overeenkomst met de Waqf, de stichting die de islamitische heilige plaatsen beheert,  verboden op de ''Tempelberg'' te bidden.
De twee parlementsleden die de wet willen indienen zijn Miri Regev van de Likud en Hillik Bar, die secretaris is van de Arbeidspartij. Zij komen met hun wet tegemoet aan Israelische diehards als de Likudnik Moshe Feiglin die al geruime  tijd campagne voeren om op de ''Tempelberg'' te mogen bidden.
Dat zou in Jeruzalem een vergelijkbare situatie creëren als in Hebron, in de Ibrahimi-moskee, de moskee die gebouwd is boven de grot waar volgens de overleving aartsvader Abraham en diens vrouw Sarah begraven liggen. Al in de jaren '80 werd door de kolonisten in Hebron tot grote woede van de islamitische gelovigen middenin de moskee een synagoge gecreëerd. Sindsdien is de moskee gedurende Joodse feestdagen voor islamitische gelovigen gesloten. De Palestijnen hebben met grote regelmaat gewaarschuwd dat de Israeli's van plan zijn de situatie in Jeruzalem te ''Hebroniseren''. De afgelopen maanden waren er regelmatig heftige botsingen op de Haram al-Sharif als Feiglin en anderen met Joodse groepen pogingen deden op het terrein gebedsdiensten te houden (zie hier en ook hier). 

De houding van de regering tegenover het wetsvoorstel is nog niet duidelijk. Onderminister van Religieuze Zaken, rabbijn Eli ben Dahan, wilde aanvankelijk proberen bidden op de Haram al-Sharif mogelijk te maken via afspraken, maar de wet van Regev en Bar volgt echter een meer directe weg. De wet zou precies die situatie scheppen die de Palestijnen vrezen en er zijn grootscheepse protesten te verwachten (overigens ook in Jordanië en elders in de islamitische wereld) als de wet zou worden aangenomen.
Miri Regev, die een parlementslid van het activistische soort is - ze kreeg onder meer bekendheid doordat ze Afrikaanse vluchtelingen in Tel Aviv een ''kankergezwel in ons lijf'' noemde -  zei dat ze geen enkele reden ziet waarom Joden niet op de heiligste plek van de wereld zouden mogen bidden. Iedere keer als daar ongeregeldheden uit zouden voortkomen, zou ''de plek gesloten moeten worden voor Arabieren'', aldus Regev. Bar, die nog maar kort in de politiek meeloopt en zich tijdens een recent bezoek aan Nederland niet bepaald onderscheidde als een groot licht, zei dat hij "gelooft dat volledige gelijkheid op de Tempelberg zal leiden tot coëxistentie van Joden en Arabieren. De autoriteit van de Waqf mag niet worden aangetast, maar de moslims moeten begrijpen dat wij ook een recht hebben om daar te bidden".