36 Palestijnen opgebracht, kinderen aangevallen, materieel meegenomen, grafstenen vernield

Israelische soldaten en de marine hebben in den nacht van zondag op maandag en maandagmorgen vroeg tenminste 36 Palestinijnn van hun bed gelicht of gearresteerd, onder wie 11 vissers die met hun drie boten werden opgebracht na te zijn beschoten. Het aantal arrestanten was dit etmaal ruim het dubbele van het normale dagelijkse aantal van tussen de 10 en de 20.
In Qalqilia in het noorden van de Westoever vielen de militairen meerdere huizen binnen die overhoop werden gehaald en arresteerden er zeven mensen. In het district Tulkarem, ook in het noorden, drongen zij huizen binnen in het stadje Anabta. Daar werden twee mensen meegenomen.
In Hebron, in het zuidelijke deel van de Westoever, werden zes mensen opgepakt en werd bij de diverse huizen die werden binnen gedrongen ook geld meegenomen. Dat gebeurt vaker, onder het voorwendsel dat het voor Palestijnse organisaties was bestemd. 
In Halhoul, ten noorden van Hebron, werden drie mensen meegenomen onder wie twee broers van 19 en 20. In ath-Thaheriyya, ten zuidwesten van Hebron werd één arrestatie verricht. In Beit Ummar ten  noorden van Hebron werden met groot militair vertoon van militaire voertuigen meerdere huizen doorzocht en werd een vroegere politieke gevangen meegenomen, evenals een man die uit een bakkerij werd gesleept waar hij aan het werk was.
Bij het hoofd van een plaatselijke school, Hamza Syouri, werd tijdens het doorzoeken van zijn huis een grote som geld meegenomen. Volgens Syouri werden bovendien spaarpotten van de kinderen kapotgeslagen en werd het geld eruit gehaald.
In Hebron zelf kregen meerdere wijken bezoek van de soldaten, evenals plaatsen als as-Sammoa’ en Yatta. Ook werden checkpoints bij de ingangen van plaatsen als Sa’ir, Halhoul, en Noord-Hebron geïnstalleerd en werden tientallen auto's doorzocht en inzittenden om hun ID kaarten gevraagd en ondervraagd. In het district Bethlehem kreeg het dorp Teqoa’ een bezoek en werd  één man ter ondervraging meegenomen. 
In Gaza beschoot de Israelische marine drie vissersboten voor de kust van Rafah in het zuiden van de Gaza-strook met machinegeweervuur, voordat de 11 opvarenden in hechtenis werden genomen en hun drie boten en zijzelf werden opgebracht naar Ashdod in Israel. De 11 moesten zich eerst uitkleden en naar de Israeli's zwemmen. De drie boten bevonden zich overigens binnen de zone van zes mijl waartoe Israel het ''visgebied'' voor de vissers van Gaza in strijd met de internationale wetten heeft beperkt. Volgens het Palestijnse Centrum, voor de Mensenrechten (PCHR) bevonden alle boten die door de Israeli's recent zijn beschoten of opgebracht zich in deze zes mijlszone 
Verder werden maandagmorgen vroeg in diverse plaatsen in Jeruzlem nog eens 10 mensen opgepakt en meegenomen. Ook hier werden meerdere grondige en destructieve huiszoekingen verricht. De arrestanten kwamen uit Silwan (zes stuks),  het Shu'fat kamp (3 man) en uit de plaats 'Anata (één man).
Zaterdagavond was er in Silwan (Jeruzalem) een incident toen diverse kolonisten, die daar temidden van de Palestijnse bevolking huizen hebben betrokken, een groepje spelende kinderen aanvielen. Palestijnse bewoner kwamen de kinderen te hulp. Het leger kwam tussenbeide en verdreef de Palestijnen met onder meer traangas. Ook werd de plaatselijke vertegenwoordiger van de Palestijnen, Zoheir Rajabi, door het leger opgeroepen om te worden verhoord.
Ook hiermee was het bezettingsleed nog niet geleden, want zondag nam het leger een vrachtauto en een bulldozer in beslag waarmee Palestijnen in Qabalan (ten zuiden van Nablus) een weg naar hun landbouwgebeiden wilden aanleggen,  kolonisten uit Yitzhar vernielden dezelfde dag 15 olijfbomen van een boer in de plaats Madama en het  leger vernielde diverse grafstenen van de begraafplaats van de verzetsstrijders (Maqbara mujahiddin) in Jeruzalem. De vader van een gedode zoon verteklde dat de soldaten alle namen van de grafstenen verwijderden. Een vlaggenmast voor de Palestijnse vlag was al eerder weggehaald.