Israelisch parlement verwerpt wet die gelijke behandeling van alle burgers voorschrijft

De Israelische Knesset, het Parlement  heeft woensdag een wet met de volgende tekst naar de prullenmand verwezen: ''De staat Israel zal gelijke politieke rechten verlenen aan al zijn burgers, ongeacht religie, ras of sekse.'' De zin kwam uit de Israelische onafhankelijkheidsverklaring van 1948, maar is nu van nul en gener waarde meer. De wet die deel had moeten gaan uitmaken van  de ''Basiswet'' (die ongeveer in de plaats komt van de grondwet die Israel niet heeft), werd namelijk verworpen met 71-38 stemmen.
De wet was ingediend door Yossi Raz van de Meretz-partij. Tegen stemde de coalitie van Netanyahu, die sinds het vertrek van de Yisrael Beiteinu-partij van Avigdor Lieberman nog maar 61 stemmen heeft. Maar de coalitie kreeg steun van de ''Yesh Atid'' partij van Yair Lapid, die zich graag afficheert als de gematigde midden-partij die een alternatief is voor de Likud van Netanyahu. Een aantal leden van de Arbeidspartij, die tegenwoordig door het leven gaat als ''het Zionistische Kamp'' en geacht wordt de oppositie te zijn, verliet voor de stemming de zaal, zo meldde Yossi Gurvitz, de journalist die het nieuws van de stemming bracht op de blog Mondoweiss. 
Het wetsvoorstel dat Raz indiende was natuurlijk een herkansing voor de ''natiestaat-wet'' die in juli werd aangenomen waarbij het land Israel het exclusieve bezit van het Joodse volk werd genoemd. Het was een soort laatste poging om de ongelijkheid tussen Joden,  Palestijnen en anderen, die van het aannemen van deze wet een gevolg was, weg te nemen. Dat is dus niet gelukt. Israel is een land waar alleen Joden volledige rechten hebben. Ongelijkheid is een basisbeginsel. Ook het hooggerechtshof, dat in het verleden soms naar de Onafhankelijheidsverklaring greep om al te scherpe kantjes in de ongelijke situatie van Joden en Palestijnen glad te strijken, heeft daartoe nu geen mogelijkheid meer.