Zo'n 45.000 Palestijnen in Oost-Jeruzalem zitten al dagenlang zonder water

Op de voorgrond de Jeruzalemse nederzetting Pisgat Ze'ev met het ''Afscheidingshek'', op de achtergrond het Shuafat kamp (Haaretz/Eyal Vishubsky) 

Update zondag 9/3: De krant Haaretz meldt dat de watertoevoer vrijdagmorgen alweer 'deels' is hersteld. Volgens de krant is de druk van het water echter minimaal, waardoor veel huizen toch geen water krijgen. 'Soms krijgt het ene huis in een straat wel water en een ander niet, 'aldus een inwoner van het kamp. (einde update)
 Zo'n 45,000 - 50.000 Palestijnen die wonen binnen de gemeentegrenzen van Jeruzalem, maar aan de ''verkeerde kant'' van de zogenoemde Afscheidingsmuur zitten al vijf dagen zonder stromend water. Het gaat om de inwoners van het Shuafat vluchtelingenkamp en de buitenwijken Ras Shehadeh, Ras Khamis, As-Salam en Anata. 
De inwoners behoren hun water te krijgen van de watermaatschappij Gihon van Jeruzalem, maar volgens hen begon de druk de afgelopen twee weken geleidelijk af te nemen, tot er een paar dagen geleden helemaal geen water meer kwam. Het verschijnsel dat water in het kamp en deze buitenwijken alleen op de laagst gelegen plaatsen uit de kraan komt, is een bekend probleem waar de bewoners elke zomer mee worstelen, maar dat er helemaal geen druppel meer komt is een nieuw fenomeen.
Een lid van het volkscomité in Shuafat, Khaled Al-Khalidi, zei woensdag dat de 23,000 vluchtelingen in het kamp al sinds drie dagen  niets meer kregen, terwijl de inwoners van Ras Shehadeh; Ras Khamis, As-Salam en Anata al drie weken zonder water zaten. 
Al-Khalidi eiste dat de VN-organisatie UNRWA tussenbeide zou komen en de watermaatschappij Gihon en de gemeente Jeruzalem via gerechtelijk stappen zou verplichten water te leveren. Hij wees erop dat UNRWA en Jordanië in 1956 een overeenkomst waren aangegaan om de Palestijnse vluchtelingen kosteloos water te leveren en dat Israel die verplichting in 1967 had overgenomen. Toen Israel in 1988 had geprobeerd onder die verplichting uit te komen en de watertoevoer afsneed, had UNRWA de watermaatschappij voor de rechter gedaagd en verplicht de levering te hervatten. 
De krant Haaretz meldt dat HaGihon, de watermaatschappij, beweert dat er nog steeds water naar de betreffende gebieden vloeit, maar zich erop beroept dat het leidingssysteem in het gebieden, evenals de rioleringen, verouderd zijn. De maatschappij voert ''om veiligheidsredenen'' echter vrijwel nooit renovatieprojecten uit in de Palestijnse wijken die aan de andere kant van het ''Afscheidingshek'' liggen. Afgezien daarvan zegt de maatschappij dat veel huizen er zijn gebouwd zonder vergunning en dat heel veel mensen er niet zijn geregistreerd als klanten van Gihon. De maatschappij zou veel geld uit eigen zak moeten bijpassen om hen water te leveren.
Ronit Sela, directeur van de afdeling humanitaire projecten in Jeruzalem van de Vereniging voor Burgerrechten in Israel (ACRI), heeft de minister van infrastructuur, Silvan Shalom, gevraagd om in actie te komen. Ze noemde wat in Shuafat en omstreken gebeurt ''een schrijnend voorbeeld van de verwaarlozing waaraan inwoners zijn blootgesteld die van de stad zijn afgesloten door het Afscheidingshek''.
Shuafat, een kamp dat in de jaren 60 werd gebouwd voor 1500 mensen, herbergt tegenwoordig ruim 20.000 mensen, van wie 60% vluchtelingen en verder veel Palestijnen die de dure en overbevolkte Palestijnse wijken in de oude stad zijn ontvlucht, schrijft de organisatie Ir Amim. Dienstverlening zoals de levering van water, elektriciteit, onderwijs, gezondheidszorg, het onderhoud van wegen en straatverlichting en het ophalen van vuilnis, zijn in Shuafat in handen van de gemeente Jeruzalem,  maar al deze diensten zijn ernstig in het gedrang gekomen nadat Israel heeft besloten het kamp en omgeving via de Afscheidingsmuur af te sluiten van de rest van de stad. .